Recensie

Voor wie schrijft de architectuurpers?

Afgelopen maandagavond werd in het hoofdstedelijke ‘Eik en Linde’ gediscussieerd over de vraag ‘voor wie schrijven de architectuurcritici’? Of zoals de gespreksleider Carel Weeber stelde: ‘Hoe word je beroemd, wie maakt je beroemd en wat heeft de architectuur hieraan’?

In zijn inleiding hield Kees van der Hoeven (Architectenwerk) een vurig pleidooi voor in duidelijke taal geschreven architectuurkritieken met een waardeoordeel. Dit waardeoordeel zou gebaseerd moeten zijn op objectieve criteria als: is het gebouw geschikt voor de functie (liefst ook voor nog niet gedefinieerde functies); levert het gebouw een bijdrage aan de stad; en is in het gebouw een visie op de opgave zichtbaar? Daarnaast zouden critici niet steeds maar weer dezelfde gebouwen moeten bespreken.Het grote voorbeeld waar, in zijn ogen, een cumulatie van door critici gemaakte fouten had plaats gevonden, zijn de artikelen over Villa VPRO van MVRDV. Dit gebouw voldoet volgens Van der Hoeven aan geen van zijn objectieve criteria terwijl het alleen maar lovende pers kreeg. Tevens staat het bureau met stip bovenaan een door hem opgestelde 'citationlist'.Bernard Hulsman (NRC Handelsblad) reageerde hierop door te zeggen dat zijn onderwerpskeuze wordt ingegeven door het feit dat hij zijn lezers wil informeren over opmerkelijke gebouwen. Hulsman voegde hieraan toe dat het ontdekken van een nieuw gebouw of ontwerpbureau je reputatie goed kan doen. Echter wanneer het toch geen echte ontdekking blijkt te zijn, dit schadelijk is voor de reputatie. Dat is de reden waarom volgens hem steeds maar weer over dezelfde architecten wordt geschreven.Janny Rodermond (de Architect) vroeg zich af in hoeverre een geschreven artikel daadwerkelijk van enige invloed is. Volgens haar ligt de werkelijke macht bij de architectuurfotografie. (Hoe de onderwerpskeuze bij de Architect tot stand komt, werd niet helemaal duidelijk, vooral niet wanneer het projecten betreft die niet tot het themagedeelte behoren.) Ook Archis houdt zich niet bezig met het geven van waardeoordelen. Volgens Arjen Oosterman is het haar taak om als wegbereider van de architectuurgeschiedenis te dienen. Ze moet verbanden legen, veranderingen in het vakgebied signaleren en onderzoek doen naar nieuwe werkterreinen van en voor architecten. Archis wil met haar blad een culturele discussie initieren en ziet haar werk als een intellectuele oefening.

De critici van de gedrukte media waren het samen met de gespreksleider eens, dat objectieve criteria niet bestaan en met name het zogenaamde objectieve criterium van functionaliteit. Van der Hoeven was het hier niet mee eens. Architecten worden volgens hem door opdrachtgevers onder andere uitgekozen op basis van publicaties in de vakbladen. Daarnaast vervullen de gepubliceerde gebouwen een voorbeeldfunctie voor andere architecten. Alleen daarom al dient slechts werk gepubliceerd worden van bureaus die het vak verstaan. Opnieuw gold MVRDV als lichtend voorbeeld van, nog steeds volgens Van der Hoeven, een bureau dat tart met alle geldende architectuurdogma's. Een bureau dat ook flink navolging krijgt gezien de grote hoeveelheden geplooide vloeren die in publicaties verschijnen. Een bureau dat, zijn redenering volgend, geen aandacht verdient in de pers behalve dan als voorbeeld van hoe het niet moet.Weeber vond dit onzin. Architectuurbladen zijn geen consumentengidsen en critici dienen te schrijven over gebouwen die een bijdrage leveren aan de cultuur. Volgens hem is Villa VPRO een culturele daad en moet daarom geprezen worden.

Enkelen in de zaal meenden dat door het ontbreken van architectuurkritieken, reacties uitbleven en daardoor geen polemiek kon ontstaan. Polemiek zoals die nog wel gevoerd werd ten tijde van 'De 8 en Opbouw'. Dit werd door de sprekers als een gemis beschouwd. Weeber veegde deze opmerkingen met een zwierig gebaar van tafel. Architecten zeggen volgens hem niets omdat ze bang zijn, bang zijn om opdrachten te verliezen. Hiermee lanceerde hij gelijk een mogelijk volgende gespreksonderwerp voor een nieuwe BNA-avond: 'Waarom zijn architecten een zwijgende groep en produceren ze alleen maar plaatjes'?