Feature

Berkels Blauw

Als afsluiting van de lezingencyclus Unfold sprak Ben van Berkel over zijn Blauwe Periode. De lancering van een Blauwe periode bleek een scherts, zo liet hij doorschemeren, maar de achterliggende gedachten zijn bloedserieus.

De Blauwe Periode introduceerde Van Berkel bij de voorbereidingen van de NAI tentoonstelling over zijn bureau UN Studio. 'Want waarom delen schilders wel hun werk in perioden in en architecten niet' zo vroeg van Berkel zich af. Natuurlijk verwijst de Blauwe Periode naar de schildersperiode van de jonge Picasso aan het begin van de vorige eeuw. Voor Van Berkel staat deze jeugdperiode voor de wil tot experiment.

Experimenteren en onderzoeken zijn populair in de Nederlandse architectuurwereld. Het maandblad De Architect wijdde er in 2001 een heel nummer aan. Maar Van Berkel is niet geïnteresseerd in het experiment zelf, maar in het vinden. Het vinden van strategieën om als architect de hedendaagse complexe en hybride opgaven te kunnen aanpakken.

Veel van zijn experimenten zijn dan ook niet gericht op vormgeving maar op communicatiestrategieën. Voor Van Berkel is ontwerpen geen geïsoleerde bezigheid, hij wil zich juist door factoren van buitenaf laten beïnvloeden. De computer is onmisbaar bij deze communicatieverwerking; voor het verwerken van de grote hoeveelheid informatie en voor de communicatie tussen de vele betrokken disciplines.

Papendorpbrug, Utrecht

Als vormgevend instrument hecht Van Berkel minder waarde aan de computer. Anders dan hardcore computeradepten als Lars Spuybroek en Greg Lynn, die de vormgeving voor een groot deel overlaten aan de computer, streeft Van Berkel bewust naar het vormgeven van iconen.

En anders dan de computerfreaks die beweeglijkheid zien in de door de computer geanimeerde beelden (maar eenmaal gerealiseerd net zulke starre gebouwen opleveren als traditionele dozen), zoekt Van Berkel de beweeglijkheid in het creëren van dubbelzinnigheden. Een voorbeeld van zo'n dubbele betekenis is te zien in de pleingevel van museum Het Valkhof in Nijmegen. Direct achter de groene glazen gevel ligt een blauwe wand. Door lichtinval en wisselende gezichtshoeken veranderen de indrukken voortdurend. Van gesloten en donker tot licht, zacht en ijl. Om deze dubbelzinnigheid tot zijn recht te laten komen pleit van Berkel voor vlakke, gladde gebouwen met zo min mogelijk details.

In deze dubbelzinnigheid schuilt voor van Berkel een tweede betekenis van blauw. Want (licht)blauw staat voor ongrijpbaarheid, intensiteit en hyperactiviteit. Blauw gaat over de vrijheid te experimenteren en geen angst te hebben, te falen. Want de Blauwe Periode mag dan een scherts zijn; de energie en dubbelzinnigheid waar deze kleur voor staat vormt een consequente lijn in het werk van Van Berkel. Want het is de combinatie van traditionele fascinaties als esthetiek, materie en beleving, en het zoeken naar nieuwe strategieën om hedendaagse ontwerpopgaven aan te pakken waarin het belang van Van Berkels werk schuilt. De werkmethode voor de Papendorp brug in Utrecht is daarbij illustratief. Hij verkettert de door veel architecten verfoeide design-&-build werkmethode niet, maar vindt een strategie om de methode ten goede te gebruiken. Om te verzekeren dat de aannemer van deze opdracht weer bij UN Studio zou aankloppen voor de uitvoering werden de tekeningen zodanig opgezet dat de vorm en principes wel duidelijk waren maar de wijze van bouwen niet.