Recensie

Lynn en Rashid versus Oosterhuis en Lénárd

Een groter contrast is bijna niet denkbaar. Twee boeken over architecten met een fascinatie voor de digitale revolutie, maar de resultaten staan diametraal tegenover elkaar. Waar NAi Uitgevers een glossy plaatjesboek maakt over Lynn en Rashid, heeft Kas Oosterhuis een boek gemaakt waar bijna alleen maar tekst in staat, gedrukt op ongebleekt papier en een kaftje als een reader.

 Greg Lynn en Hani Rashid

Zowel Greg Lynn als Hani Rashid (Asymptote) besteden hun tijd aan concrete opdrachten, onderzoek en onderwijs. Deze activiteiten vloeien even naadloos in elkaar over als de verschillende onderdelen van hun ontwerpen. Studenten ontwerpen mee aan hun opdrachten en concrete projecten worden ingezet voor onderzoek. In dit licht moet ook hun tentoonstelling in het Amerikaanse Paviljoen op de 7e Architectuur Biënnale in Venetië worden gezien. Het werken met studenten aan opdrachten werd tentoongesteld aan het publiek. Beide architecten werd gevraagd om met een workshop ter plaatse het programma van het Amerikaanse Paviljoen in te vullen.

Het boek is een verslag van dit architectonisch laboratorium. Waarom uitgerekend een Nederlandse uitgever en niet een Amerikaanse dit boek uitgeeft over twee Amerikaanse architecten en hun werk met Amerikaanse studenten voor het Amerikaanse paviljoen op de Biënnale in Venetië is en blijft onduidelijk.

Het lijkt vooral bedoeld als bladerboek, om je te vergapen aan de gerenderde afbeeldingen van nimmer gerealiseerde ideeën. Wie het boek daadwerkelijk gaat lezen, zal ontdekken dat de begeleidende projectteksten in het deel over Greg Lynn bijna allemaal twee keer in het boek zijn opgenomen. De inleidende en toelichtende teksten van Rashid zijn nooit langer dan twee zinnen en leiden zelden tot diepere inzichten.

Kas Oosterhuis, Trans-ports

Kas Oosterhuis

Het boek van Kas Oosterhuis, uitgegeven bij 010, is een bloemlezing van zijn artikelen en voordrachten van de afgelopen 15 jaar. Geen enkele tekst is niet al eerder gepubliceerd. Wie het werk van Oosterhuis volgt, zal helaas niets nieuws lezen.

Wie nog niet ingewijd is in het werk en de gedachtewereld van Kas Oosterhuis en zijn vrouw, beeldend kunstenaar Ilona Lénárd, zal een overzichtelijke bundel treffen. Hen zou ik willen aanraden achterin te beginnen met het lezen van de artikelen voor een helder inzicht in de chronologische ontwikkeling van hun ideeën.

Ook bij Kas Oosterhuis lopen ontwerpen, doceren en onderzoeken door elkaar heen. De ontwerppraktijk van zijn bureau en zijn activiteiten aan onder andere de TU Delft vinden hun weerslag in het boek.

Een aantal opgenomen teksten heeft als onderwerp de relatie tussen architectuur en beeldende kunst. Het verslag van hun gezamenlijke verblijf in het Van Doesburg huis in Parijs, het ontwerp voor het TT monument in Assen, de bewondering van de ene professie voor de andere in Vice Versa, allemaal gaan ze over architectuur en beeldende kunst en het ertussen liggende grensgebied.

Andere artikelen geven inzicht in het ontwerpproces op zijn bureau. Oosterhuis ziet een nieuw gebouw als een ruimteschip wat voor de landing communiceert met de voorziene locatie en de verkregen data verwerkt in het ontwerp. Bij voorkeur blijft die communicatie voortgaan na realisering van het gebouw. Zijn ontwerpen zijn gemaakt om interactief, blijvend te reageren op de wensen van de gebruiker. Gebouwen worden dynamisch en stellen daarom andere eisen aan de huid, zoals bijvoorbeeld in de tekst ‘smart skins for hyperbodies’ wordt toegelicht. Brengt al het jargon inmiddels enige duizeling teweeg? Sla de artikelen er op na, alle nieuw bedachte termen worden uitvoerig en helder toegelicht.

Een ander terugkerend aspect is Oosterhuis’ fascinatie voor autocarrosserieën, eerder geventileerd via Archis. De overeenkomsten en verschillen tussen architect en auto-ontwerper worden uitvoerig besproken. Niet alleen de kijk op gebouwen, ook de kijk op auto’s wordt door zijn observaties in een nieuw daglicht geplaatst.

Wie geïnteresseerd is in mooie plaatjes: bekijk het boek over Lynn en Rashid. Wie geïnteresseerd is in de beweegredenen van een architect die de digitale revolutie in zijn ontwerppraktijk inzet: lees het boek van Oosterhuis.