Booosting vierde op 13 januari haar derde lustrum met een symposium. In vijftien jaar bleek er weinig veranderd; nog steeds is het bouwproces het struikelblok voor innovaties in de bouw. Een verslag van een symposium met veel meningen maar weinig concrete resultaten.
Een groep ontevreden ontwerpers en producenten startte in 1988 de bouwinnovatieclub Booosting (de drie O's staan voor onderzoek, ontwerp en ontwikkeling) omdat zij hun vernieuwende ideeën niet konden realiseren. Stichting Industrieel Bouwen Nederland was de ondertitel van de club en een van de ultieme doelstellingen betrof de uitschakeling van de aannemer: hij hield tenslotte alle vernieuwing tegen en bleef steken in een archaïsch traditionalisme.
Booosting had in de eerste jaren de sfeer van een jongensrebellenclub, samen de bouwwereld bestormen, en zorgen voor een nieuw elan. Mensen als Jan Brouwer, Mick Eekhout, Michiel Cohen en Jan Pesman wisten veel publiciteit te genereren met hun enigszins provocerende stellingen.
Nu, 15 jaar later, is het rebelse er wel een beetje af. De tijden zijn dan ook sterk veranderd. Met de bril van nu lijken de jaren tachtig het paradijs voor de experimenterende architect. Geen bouwbesluit, geen verstikkende garantieverplichtingen en nog redelijk relaxte verhoudingen tussen de bouwpartners.
Om het derde lustrum te vieren organiseerde Booosting een symposium met als doel ' de samenleving' aanbevelingen geven waarmee de bouwinnovatie gestimuleerd kan worden.
In het eerste deel van het druk bezochte symposium getiteld 'De Belemmering' mochten 9 sprekers, elk een andere discipline van de bouwkolom vertegenwoordigend, hun verhaal doen over innovatiebelemmerende factoren. Buiten de gebruikelijke klaagzang over regels, wantrouwen, traditionalisme en krappe budgetten waren er gelukkig ook enkele optimistische geluiden te horen. Zo beschouwt Mick Eeckhout (Octatube en hoogleraar TU Delft) innovatie als een mentaliteit, en deze houdt zich niet tegen door regelgeving of slechte economie. Goede innovaties zullen altijd hun weg vinden is zijn overtuiging. Ook Jouke Post (XX architecten en hoogleraar TU Eindhoven) ziet ondanks het mindere economische tij de laatste jaren veel nieuwe bouwinnovaties. Hij wil niet meedoen aan het geklaag over de bouworganisatie en ziet meer in het hanteren van scenariomodellen uit het bedrijfsleven.
Voor Frans Bijdendijk (directeur van de Amsterdamse Woningbouwcorporatie Het Oosten) was de innovatiebeleving van de meeste aanwezigen te elitair. Innovatie moet volgens hem marktgericht zijn. Zo experimenteert zijn corporatie al ruim acht jaar met het scheiden van het eigendom van exterieur en interieur. De buitenzijde voor de corporatie, de binnenzijde voor de bewoners. Deze innovatie sluit goed aan bij de wensen van de klant: 'zeggenschap over het eigen interieur, en vooral geen gedoe met de buitenkant''
In het tweede deel van het symposium 'De Oplossing' brainstormden de bezoekers in groepjes over de mogelijkheden om de geconstateerde belemmeringen op te lossen. De resultaten van deze sessie toonde een grote eensgezindheid over het resultaat van de oplossing: de verandering van de organisatie van het bouwproces. Over de vorm was de eensgezindheid minder groot, maar in ieder geval moet gezorgd worden dat, zoals Bijdendijk omschreef: 'iedereen gericht is op de klant, op de eindgebruiker, en niet alleen op het eigenbelang zoals nu vaak het geval is'.
In vijftien jaar is er dus blijkbaar weinig veranderd. Toen zag men de aannemer als grootste boosdoener, nu het gehele bouwproces. Van een eendaags symposium mag niet worden verwacht dat er pasklare oplossingen worden aangeboden. Het is nu de taak van Booosting hieraan betekenis te geven. Harm Boomsma, de nieuw aantredende voorzitter, gaf in het derde deel 'De Versnelling' alvast een voorschot en presenteerde de toekomstambities van Booosting. Volgens Boomsma wil Booosting de spil zijn in het vernieuwingsproces van de bouw in Nederland. Met meer financiële armslag en meer mensen wil ze deze ambities waarmaken. Jan Brouwer de eerste voorzitter van Booosting riep op vooral weer strijdvaardiger te worden: 'Zoek de aanval, vrede is mooi, maar oorlog kan men krijgen. Want wordt er in oorlogstijd niet beestachtig geïnnoveerd?'