Feature

Militair Mecanoo

Op het terrein van de Alexanderkazerne in Den Haag is onlangs het door Mecanoo architecten ontworpen legeringsgebouw De Citadel gereed gekomen. Het is een soort hotel voor (onder-)officieren die ver van huis zijn gelegerd. Tot de oplevering van De Citadel verbleven deze militairen veelal bij hospita’s of eenvoudige hotels in de buurt. Uniek aan dit 444 kamers tellende complex is dat het voor het eerst alle krijgsmachtonderdelen onder één dak samenbrengt.

Aan de rand van de stad en de duinen liggen de Frederikskazerne en de Alexanderkazerne aan weerszijden van de Van Alkemadeweg. Op het terrein van de Alexanderkazerne, de kant van het duingebied, staan een hoop veranderingen op stapel. Een aantal gebouwen is afgebroken en heeft plaats gemaakt voor het nieuwe legeringsgebouw en mogelijk wordt het terrein in de toekomst de vestigingsplaats van het International Crime Court. Voor het gehele terrein is door OD 205 een masterplan gemaakt. Mecanoo kreeg van de Dienst Gebouwen, Werken en Terreinen van Defensie de opdracht voor het legeringsgebouw en besloot af te wijken van dit masterplan en ontwierp terloops ook een nieuwe. Drie dorpen in de duinen moesten het worden, in plaats van het ‘bedrijventerreinenvoorstel’ van OD 205.

Francine Houben: ”Ik ben hier tegenover opgegroeid, aan de Oude Waalsdorperweg. Ik heb dit gebied als kind verkend met mijn step. Die weg betekende voor mij de grens tussen stad en duinen en daarom wilde ik het nieuwe gebouw als een chique Haags Hotel temidden van het glooiende duinlandschap plaatsen.”

Het complex van drie à vier lagen hoog bestaat uit geknikte stroken rondom een gesloten binnenhof. Het hof bestaat uit een gestileerd duinlandschap en wordt doorkruist door een drietal stalen loopbruggen die door de open lucht kortsluitingen maken in de circulatie van het gebouw.

De gangen met aan weerszijden de verblijven (13 m2 voor onderofficieren, 19 m2 voor officieren) zijn wigvormig en zorgen voor een vervreemdend perspectivisch effect. De kamerdeuren steken de lange gangen in en segmenteren deze. Ook aan de buitenkant heeft de architect de onvermijdelijke, saaie opeenvolging van slaapcellen vriendelijker willen maken. Houben omschrijft de kozijnen en de gesloten houten vlakken tussen de doorlopende betonnen lateien als ‘muzieknoten op een notenbalk’.

De verschijningsvorm van het gebouw, met overal zichtbare verwijzingen naar Alvar Aalto, zoekt nadrukkelijk aansluiting bij de architectuur uit de jaren ’30 in het aanpalende Benoordenhout. De donkerrode bakstenen, het metselwerk zonder stootvoegen, de betonnen lateien en het horizontale karakter zien we in de gehele Haagse wijk terug. Op de knikpunten van het complex lijkt het even of Houben wil laten zien dat de gevel maar een decor is, aangepast aan de specifiek Haagse locatie: de kopse kanten van de blokken zijn van neo-moderne, wit gestucte vlakken, de betonnen lateien en de gemetselde gevels schieten er net even voorlangs en komen los te staan.

Eric Scheffers van Heijmans IBC Bouw benadrukte het unieke karakter van de aanbesteding volgens de UAV GC 2000. Het proces lijkt nog het meest op ‘design & construct’, met dit verschil dat de architect het ontwerpproces en de adviseurs tot en met de bouwvergunning aanstuurt, daarna neemt de aannemer het over en stuurt het verdere ontwerp- en bouwproces aan waarbij de architect dan nog enkel esthetisch adviseur is. Als dergelijke contracten algemeen worden ingevoerd betekent dit een gevaar voor de positie van architecten, met name voor degenen die niet in staat zijn de eigen verantwoordelijkheden en beslissingsbevoegdheden goed vast te leggen. ‘In dienst bij de aannemer en niet meer direct in dienst van de opdrachtgever(!).’ Zoals Scheffers fijntjes opmerkte was hij contractueel niet eens verplicht om Mecanoo een opdracht te geven voor verdere bemoeienis met het bouwproces.

Beseft iedereen wat hier gebeurt? Detailleren, directievoeren, bouwkundig toezicht en eindverantwoordelijkheid voor het ontwerp behoren binnenkort allemaal tot het verleden op architectenbureaus, de aannemer regelt het allemaal zelf wel. En als je als architect niet te veel trammelant maakt, dan mag je de aannemer voorzien van ‘esthetische adviezen’. Hoeveel schrijnender kan het worden?

Hoewel ik me kan voorstellen dat je sommige architecten maar beter onder curatele van een praktische aannemer kan stellen, lijkt me die dwangbuis voor Mecanoo nu juist volstrekt overbodig. Mecanoo weet, zij het niet met ‘cutting edge architecture’, wel altijd met sprankelende gebouwen te verrassen, die immer zorgvuldig bouwkundig gedetailleerd zijn en volgens mij doet het bureau dat ook nog binnen gestelde budgetten.

Het moet gezegd dat Houben en Scheffers allebei vol lof waren over de samenwerking tijdens de uitwerkingsfase. Bij dit project waren de verantwoordelijkheden goed vastgelegd. Slechts op een paar punten konden ze het niet eens worden over de detaillering en daarbij trok Mecanoo als esthetisch adviseur bij dit project met een laag budget natuurlijk aan het kortste eind. Scheffers hoefde tijdens de rondleiding niet eens aan te wijzen over welke details die discussies gingen, dat zag je van veraf. Het is bijna verbazingwekkend dat Mecanoo, ondanks de beperkte, om niet te zeggen onderdanige rol, toch nog zo’n goed gebouw heeft weten te maken, daar kunnen die paar ‘aannemersdetails’ niet eens zoveel aan veranderen.