De gemeente Rotterdam heeft geen zin meer in het bevorderen van het designklimaat in de Maasstad. De bijdragen aan onder meer Vivid Vormgeving en de Designprijs Rotterdam worden, ondanks het positieve advies van de Rotterdamse Kunststichting, geschrapt als het aan wethouder Hulman ligt. Daarmee worden twee belangrijke pijlers van de landelijke design-infrastructuur onderuit gehaald.
In Rotterdam haalden de kunstinstellingen opgelucht adem nadat de Rotterdamse Kunststichting (RKS), die de wethouder inhoudelijk adviseert, afgelopen zomer haar advies uitgebracht. Dit werd algemeen positief beoordeeld en gekenmerkt als 'zorgvuldig afgewogen'. In tegenstelling tot de landelijke bezuinigingen leek Rotterdam haar stimulerend cultuurbeleid voort te zetten. Dat dreigt nu, na het verschijnen van het Cultuurplan 2005-2008, behoorlijk te gaan tegenvallen.
In het cultuurplan wijkt de gemeente voor het overgrote deel af van het RKS advies. Van de 80 positief beoordeelde instellingen worden 23 instellingen alsnog uit het plan geschrapt en krijgen 35 instellingen minder dan geadviseerd. Daar staat tegenover dat 7 instellingen meer krijgen dan geadviseerd. Per saldo wordt er 2,2 miljoen geschrapt uit een totale adviessom van circa 36 miljoen. Peanuts, maar wel belangrijke peanuts, want het zijn met name de kleinere instellingen die de klos zijn. Rotterdam wil zich concentreren op 'sterke instellingen' zo meldt wethouder Hulman, die overigens ook – en dat is tekenend voor het huidige Rotterdamse cultuurbeleid – wethouder Verkeer en vervoer is. Hele sectoren worden door dit voornemen bedreigd. Zo wordt er onevenredig gekort op de Rotterdamse dansinstellingen, en wordt de sector vormgeving in zijn geheel uit het lokale cultuurbeleid geschrapt.
Vivid gemangeld
Vivid heeft eigenlijk in zijn eentje jarenlang Nederlands design gepromoot in Nederland en daarbuiten. Klein, maar vooral door de website Designvormgeving.nl en het tentoonstellingsbeleid, wendbaar en actueel. Die positie had Vivid de komende vier jaar graag willen uitbouwen. Daarvoor werd zowel lokaal als nationaal structurele subsidie gevraagd. Vivid lijkt nu gemangeld te worden tussen deze twee overheden en dreigt als gevolg hiervan te verdwijnen.
Ten aanzien van de landelijke aanvraag kreeg Vivid een negatief advies van de Raad voor Cultuur: 'VIVID is van belang als podium voor de vormgeving in Rotterdam. De instelling heeft echter te weinig toegevoegde waarde voor de landelijke infrastructuur van de vormgevingssector om opname in de Cultuurnota te rechtvaardigen.' En juist het ontbreken van 'landelijke erkenning' wordt vervolgens door de Rotterdamse gemeente gebruikt als argument om er lokaal ook maar mee te stoppen. 'Wij zijn van mening dat met het ontbreken van een landelijke erkenning, de bestaansgrond van Vivid in het geding is en de geclaimde spin-in-het-web-functie niet waar gemaakt kan worden.' Een schoolvoorbeeld van gebrek aan onderlinge afstemming tussen landelijke en lokale structuren.
En als we dan toch bezig zijn, zal de wethouder gedacht hebben, dan kunnen we ook wel met de rest van het lokale vormgevingsbeleid stoppen en kan de Designprijs Rotterdam het wel zonder de geadviseerde 55.000,-. Wanneer de plannen van de wethouder worden overgenomen heeft dat tot gevolg dat er geen structureel ondersteunde vormgevingsinstelling in Rotterdam meer is. Ook landelijk is het magertjes aangezien de Raad voor Cultuur van de tien aanvragen slechts twee instellingen (Droog Design en YD+I) positief adviseerde. Voor wat betreft de infrastructuur op het gebied van Nederlandse vormgeving blijft hierdoor alleen het voornamelijk coördinerende en adviserende Premsela en twee subsidiepotjes over. Je kunt je natuurlijk afvragen wat er voor Premsela nog te coördineren en adviseren blijft als er op lokaal en nationaal niveau nauwelijks of niets aan instellingen of initiatieven overblijft. (zie reactie Premsela onderaan dit bericht)
Tegen zowel Vivid als de Designprijs Rotterdam wordt bovendien het argument gebruikt dat 'de gewenste ontwikkeling in de vorm van het vestigen van een vormgevingsinstituut in Rotterdam niet is geslaagd' en dat daarom financiering van zowel Vivid als Designprijs 'achterhaald is'. Een merkwaardig stukje krompraat en een provinciaals huilerig verschuilen achter een eigen gebrek aan slagvaardigheid. Alsof het de enige twee instellingen die daar ten minste hun best voor hebben gedaan te verwijten valt dat Rotterdam mogelijk – er staat nog niets vast – geen vormgevingsinstituut krijgt. En alsof het ontbreken van een landelijke instelling in de stad elke vorm van lokale infrastructuur onnodig maakt. Dan heb je toch juist die infrastructuur nodig zou je net zo goed, of misschien nog beter, kunnen redeneren.
De gemeenteraad van Rotterdam zal zich op 7 oktober uitspreken over het Cultuurplan 2005-2008 en een beslissing nemen over het voortbestaan van Vivid en de Rotterdamse designprijs.
update 26 november: Uiteindelijk is de definitieve beslissing genomen tijdens een raadsvergadering van 25 november. Dankzij het en bloc stemmen van de coalitie (Leefbaar Rotterdam, VVD, CDA) met de hakken stevig in het zand (en de kop eronder) heeft de gemeenteraad in een bij vlagen cynisch debat – ondanks een dertigtal moties van de oppositie – volhard in de eerdere stellingname ten aanzien van de stedelijke cultuursubsidies en daarmee het onafhankelijke advies van de RKS naast zich neer gelegd. Slachtoffers: de hele designsector, dans en veel kleine instellingen.
zie onder meer:
Vivid: Wethouder Hulman krijgt zijn zin: Geen geld naar vormgeving.
Rotterdams Dagblad: Raad slachtoffert 'humuslaag', Nieuwe initiatieven krijgen geen poot aan de grond in cultuurnota