Begin dit jaar werd tijdens de BouwRai door Adviesbureau INBO het concept ‘seniorenstad’ geïntroduceerd. Na enquêtering van 343 mensen van 50 tot 70 jaar kwam het adviesbureau tot de conclusie dat er in Nederland een potentiële behoefte bestaat aan een ‘seniorenstad’ bij niet minder dan 4 miljoen 55-plussers!
Sindsdien trekt INBO gewapend met het boek Ik ben al heel lang bij de tijd door het land om het product aan de man te brengen. Inspelend op maatschappelijke ontwikkelingen als afhankelijkheid van mantelzorg, afbraak van de verzorgingsstaat en eenzaamheid onder ouderen, wordt in dit boekwerk beschreven waarom er in Nederland ook seniorensteden moeten komen. Belangrijke leidmotieven zijn 'samen zorgen voor elkaar', rust, respect, gezelligheid en veiligheid. Jongeren zijn overigens ook welkom; als gast. Uit de enquête bleek dat vakantiegevoel het belangrijkste motief is voor een verhuizing naar de seniorenstad: "eerst genieten dan zorg". De woningen zullen dan ook erg luxe worden uitgevoerd met de nodige domotica en zorg op afstand. Door minder validen kan mogelijk zelfs een 'wandeling' per kabelbaan gemaakt worden.
Het van de Amerikaanse vastgoedgigant Del Webb geleende concept is in het land van de melting pot beter bekend als Sun City. Deze Sun Cities zijn (soms ommuurde) enclaves van enkele duizenden vrijstaande woningen, ver van de bewoonde wereld, slechts bewoond door senioren die hun leven vullen met golfen en gezelligheid. Bewoners van deze steden zijn over het algemeen financieel krachtige 'witte' Amerikanen die elkaar trakteren op strikte leefregels om de leefbaarheid te bevorderen. Een senioren Posse patrouilleert vrijwillig met auto's door de nederzetting ter vergroting van het veiligheidsgevoel.
Niettegenstaande dat INBO het concept vertaald heeft naar een Nederlandse schaal kleven er nogal wat haken en ogen aan. De seniorenstad aast op mogelijke belastingvoordelen door het ontbreken van scholen en de inzet van (een potentieel leger van 4 miljoen!) vrijwilligers voor het beheer van buitenruimten en gemeenschappelijke voorzieningen. Een seniorenstad krijgt dientengevolge een maatschappelijk onafhankelijke positie, prettig voor de bewoners! Het rapport definieert bewoners van seniorensteden als mensen die actief en maatschappelijk betrokken zijn, van gezelligheid houden en zich willen ontplooien. Maar zijn dit nou net niet de mensen die we in de bestaande stad zo hard nodig hebben?
Waarom dan toch seniorensteden? Zonder te twijfelen aan de goede bedoelingen is het de vraag of met dit concept maatschappelijke problemen onder senioren zijn op te lossen. De opgelegde waarden en normen in dergelijke nederzettingen blijken in de praktijk vaak te ontaarden in onleefbare situaties (zie o.a. Mc Kenzie in Privatopia). Bovendien is een seniorenstad voor lage inkomens financieel niet haalbaar, terwijl juist onder deze groep (volgens de enquête) een grote behoefte bestaat aan een dergelijke woonvorm. Dus naast de age restriction bestaat er ook nog een financiële drempel. Volgens het rapport van INBO is de bereidwilligheid voor het doen van vrijwilligerwerk onder minder draagkrachtigen daarentegen groter waardoor hen mogelijk een tegemoetkoming door de meer draagkrachtigen gedaan kan worden.
Tijdens de op 1 december door de Provincie Zeeland georganiseerde debatmiddag 'Denk mee over een seniorenstad in Zeeland' bleken de reacties in de zaal niet onverdeeld enthousiast, wat door Alex Sievers, adviseur namens INBO, als volgt vertaald werd: "als 1% van alle senioren in Nederland belangstelling heeft praten we nog steeds over meer dan 50.000 mensen!". Na een vragenrondje onder het op het podium zittende panel van wethouders, zorgvertegenwoordigers, ontwikkelaars en andere genodigden, bleek daar bij sommigen toch serieuze belangstelling te bestaan voor het verleiden van 55-plussers met een Zeeuwse variant op Sun City. Het 'grijze kapitaal' zal binnen de Zeeuwse zorgeconomie een belangrijke economische trekker kunnen vormen en werkgelegenheid creëren voor jongeren. Vooral de gemeente Borselle zag wel mogelijkheden op haar grondgebied. Gedeputeerde H. van Waveren (o.a. Ruimtelijke ordening) wilde wel laten onderzoeken of het concept te vertalen is naar de Zeeuwse schaal, waarbij een fysieke koppeling met de bestaande stad gemaakt zal moeten worden omdat anders de culturele waarde en kennis die senioren bezitten verloren zal kunnen gaan.
Als het concept op kleine schaal wordt uitgevoerd verliest het echter zijn kracht en kan sowieso niet meer als 'stad' fungeren. Bovendien lijkt het dan wel erg veel op historisch gegroeide situaties zoals permanent bewoonde recreatiewoningen of vergrijsde dorpen in Oost-Groningen. Het blijft dus onduidelijk wat de toegevoegde waarde is van het concept seniorenstad. Zullen wij als senior ooit gelukkig kunnen worden in een echte seniorenstad of belanden we er met de rug naar de samenleving op een luxe olifantenkerkhof?