Feature

Had jij ook een Domoor vroeger?

Op zondag 13 februari vond in Felix Meritis in Amsterdam de bijeenkomst Big in Japan plaats. De middag stond in het teken van de relatie tussen Japan en Nederland op het gebied van design. Eregasten waren de internationaal gevierde Japanse ontwerper Toshiyuki Kita en de Nederlandse ontwerper Richard Hutten, die in Japan sterstatus geniet.

Het was een eerste zondagmiddag over design in een reeks van vier die de Premsela Stichting steeds met een andere partner organiseert in Felix Meritis. Deze keer was Galerie Binnen partner.

Wat iedereen deze middag uiteraard graag wil horen is wat je moet doen om Big te worden in Japan. Hutten is Big in Japan. Hij wordt er niet enkel beschouwd als groot ontwerper, hij deelt er zelfs handtekeningen uit. 'Er bestaat een heldencultuur in Japan,' legt Hutten uit 'Dat kennen wij niet in Nederland.' Vooral voor de ontwerpers in spe die naar deze middag zijn gekomen spreekt Big in Japan tot de verbeelding. Op de vraag die interviewer Timo de Rijk aan Kita stelt: 'Waarom denkt u dat Hutten populair is in Japan?' antwoordt Kita dat Hutten niet alleen groot is in Japan, maar ook in Nederland of bijvoorbeeld in Duitsland. Hutten ontwerpt grenzeloze producten. Hij is een internationaal ontwerper.

Bovendien, als alles loopt zoals gepland zal Huttens bekendheid over niet al te lange tijd nog verder in Azië doordringen. Het contract voor de oprichting van de Richard Hutten Design Academy in Zuid-Korea is al getekend. Samen met MVRDV zal hij zorgdragen voor het ontwerp van het gebouw, het interieur én het curriculum van de masteropleiding. De opening van de school is vooralsnog gepland in 2008 / 2009.

Waarom Hutten juist in Japan bekend is valt niet eenduidig te beantwoorden. Zelf denkt hij dat hij populair is omdat zijn ontwerpen aansluiten bij de Japanse traditie van conceptueel ontwerpen en dat er belangstelling is voor de minimale vorm die veel van zijn ontwerpen hebben. 'Mensen in Japan begrijpen mijn humor,' voegt hij er nog aan toe. Hoe word je een groot ontwerper, is de volgende vraag aan Hutten. 'Door naar lezingen als deze te gaan en te luisteren naar mensen zoals meneer Kita,' luidt zijn antwoord.

En wat leer je dan als je naar Kita luistert? De Japanse meester spreekt gedreven. Je moet producten ontwerpen die een ziel hebben. Alles is al gemaakt. De meerwaarde die je aan een nieuw ontworpen product kan geven is het 'levend' te maken. Dát is wat goede ontwerpen onderscheidt van slechte. Het idee dat een product een ziel heeft is volgens De Rijk moeilijk te begrijpen voor iemand uit onze over-gerationaliseerde westerse samenleving. Een ziel kun je namelijk niet zien. Wat is dat dan precies? Kita staat op en neemt de stoel die Hutten recentelijk voor het Gemeentemuseum in Den Haag ontwierp erbij en vertelt dat hij het een goed product vindt. De Japanner gaat op de stoel zitten en concludeert dat de stoel ook goed zit. We hebben hier van doen met een ontwerp dat leeft. Een designstudent vraagt vervolgens vanuit de zaal aan de Japanse meester wat hij jonge ontwerpers als advies zou willen geven. Kita antwoordt: 'You can say 'I can do it' and 'I can not do it'. You always have to say 'I can do it''. Zo simpel is het.

Hutten zegt eigenlijk hetzelfde. Hij vertelt dat hij graag producten maakt waaraan mensen zich hechten. Het moeten kwalitatief goede producten zijn, maar ze moeten ook drager worden van herinnering. Het zou mooi zijn, zegt Hutten als de kinderen van nu over twintig jaar tegen elkaar zeggen – had jij ook een Domoor vroeger!? – en precies weten waar het om gaat. De Domoor is een beker met twee enorme oren die Hutten in 2002 ontwierp. Het product verkoopt goed. Uit gemompel uit de zaal blijkt dat niet iedereen weet dat hij of zij met deze beker een ware 'Hutten' in huis heeft, maar dat kan de ontwerper niet zoveel schelen. Hem gaat het erom dat zijn producten gebruikt worden en vanwege dat gebruik bekend worden. Hij is dan ook bezig met het maken van een nieuw boek dat In Use gaat heten. In het boek komen foto's van zijn ontwerpen in gebruik. Hutten roept alle bezitters van een van zijn ontwerpen op om hem een foto te mailen van een door hem ontworpen stoel, vaas, servies – wat dan ook – in gebruik.