Feature

Wonderland NL

Wonderland is een netwerk dat zich uitbreidt volgens het sneeuwbaleffect en een platform creëert voor jonge, grotendeels onbekende architecten. De reizende expositie geeft zo inzicht in het brede spectrum van de jongste Europese architectonische productie.

De toer, die twee jaar duurt, begon in Oostenrijk in 2004 met de presentatie van elf architectenbureaus, uiteindelijk zullen er 99 bureaus participeren. Nederland is het vijfde land dat wordt aangedaan. Voor de Nederlandse presentatie is gekozen voor het concept 11 Expats – or 88 reasons to stay in Holland. Door de deelnemers vragen te stellen als: Hoe beïnvloedt hun architectonische oorsprong de Nederlandse architectuur? Hoe buitenlands is men gebleven of hoe Nederlands is men geworden? Waarom is men (nog) in Nederland? willen de curatoren meer bieden dan slechts projectdocumentatie van de bureaus. Een interessante invalshoek die vraagt om een stellingname van de deelnemers ten opzichte van het gastland in brede zin en een architectonisch antwoord op de plaatselijke ontwikkelingen in het bijzonder.

Gezien het ambitieuze concept stelt het resultaat van de individuele deelnemers enigszins teleur. Een groot deel van de ontwerpers heeft zich weinig gelegen gelaten aan de vraagstelling en gebruikt het podium voornamelijk als reclamezuil voor hun bureau. Op zich legitiem, maar dat betekent uiteindelijk een tekort aan verdieping. Verdieping die nodig is om tot een inhoudelijke discussie over de verhouding tussen architect en maatschappij te komen. En een gemiste kans, want de opvallende keuze voor expat-ontwerpers geeft nu juist de mogelijkheid om Nederland met een vrije blik te beoordelen en becommentariëren en de autochtone ontwerpers en plaatselijke architectuur een spiegel voor te houden.

Toch blijkt uit het werk van een aantal ontwerpers dat ze wel zeker affiniteit hebben met de thematiek. Zo gaat de uit Groot-Brittannië afkomstige John Lonsdale met zijn IJmeer-onderzoek in op de voordelen die er voor de Hollandse polder te behalen zijn bij de juiste inzet van de natuurlijke krachten wind, getijde en sedimentatie. Bureau Moreplatz richt zich op maximaal ruimtegebruik door hergebruik van stedelijke wastelands in en buiten Nederland. Hun meest controversiële voorstel is de transformatie van industriegebieden door deze te kolonialiseren met woonfuncties. Fuen Design Consultancy antwoordt met een masterplan voor de Bloemenbuurt in Eindhoven op het vraagstuk van de verdichting. Bij een dichtheid van 55 woningen per hectare kunnen zij door inzet van een 3-onder-1-kapmodel (2 eengezinswoningen en 1 penthouse) alle bewoners voorzien van een kwalitatief goede buitenruimte in een stedelijke omgeving.

1 bijdrage Lehner en Gunther

2 bijdrage Artgineering

3 bijdrage Nan Architects ans Landscape

Enkele architectenbureaus zijn nog  een stap verder gegaan. Lehner en Gunther, gevestigd in Den Haag en afkomstig uit Duitsland en Oostenrijk hebben speciaal voor de tentoonstelling een kaartenspel ontworpen. Een spel dat diverse facetten van creatief Nederland, van Vermeer tot het boek SMLXL, zo belicht dat je – mits goed gespeeld – tot inzichten kan komen die werkelijk tot architectuur leiden. Dat de twee architecten het spel zelf kennelijk al voldoende beheersen wordt duidelijk in hun project 'Behind the screens', waarin zij het jaargetijdengebonden gebruik van het lokale bollenteeltlandschap onder de loep nemen. Door deze, zich achter de schermen afspelende industrie, het gehele jaar op ludieke wijze grafisch te etaleren op productieloodsen, geven zij een helder commentaar op het veranderende gebruik van het landschap.

De meest specifieke bijdrage was van het in Rotterdam gevestigde bureau Artgineering dat geen eigen werk presenteerde, maar in een woordenboekachtige opzet Nederland karakteriseerde door omschrijvingen te formuleren voor begrippen zoals 'poldermodel'. In de catalogus blijkt uit de korte projectdocumentatie dat zij bij thema's als mobiliteit en toerisme ook tot feitelijke bijdragen kunnen komen met betrekking tot hedendaagse ontwerpervraagstukken.

Het leeuwendeel van de exposanten is niet in Nederland gevestigd, maar afkomstig uit de steden die eerder werden aangedaan. De expositie biedt al met al een zeer grote diversiteit aan ontwerpen en ontwerpers, die door de heldere opzet van de tentoonstelling goed toegankelijk zijn. Uit enkele geslaagde exercities kwamen grensoverschrijdende thema's naar voren. Zo liet Nan Architects and Landscape uit Wenen zien hoe het zich richt op meervoudig grondgebruik als antwoord op ruimte- en sociaal/culturele vraagstukken. Voorbeelden zijn hun ontwerp voor een atletiekstadium met geïntegreerde woningbouw en een tweezijdige tribune voor culturele uitwisseling langs de Israëlisch-Palestijnse grens.

Als er een bureau is dat de belichaming vormt van het idee achter het Oostenrijkse tentoonstellingsinitiatief dan is dat Share, momenteel gevestigd in Wenen, Venetië en Singapore. Een zich jaarlijks uitbreidend internationaal netwerkbureau, dat een miniatuurweergave lijkt van het Wonderlandnetwerk.

De opening van de tentoonstelling gaf gezien de ruim toegestroomde (internationale) deelnemers en collega ontwerpers genoeg mogelijkheid om te netwerken in eigen kring. Maar gezien het doel om de bekendheid van de ontwerpers in bredere zin te vergroten is het jammer dat opdrachtgevers en beleidsmakers de grote afwezigen leken te zijn. Gezien de keuze voor het WTC Schiphol als locatie van de expositie is het te hopen dat de buitenwacht alsnog kennis zal nemen van de vele jonge talenten.