Feature

Mare Meum: mijn zee, mijn modderland

Als gevolg van de opwarming van de aarde zal de zeespiegel deze eeuw met 20 tot 85 centimeter stijgen en over duizend jaar zal ze 8 meter hoger liggen. Tegen die tijd is België voor een deel onderlopen. Maar een ramp is dat zeker niet, zo wil de tentoonstelling Mare Meum in Oostende aantonen.

De tentoonstelling in de Ridderzaal van de opgeknapte Kursaal in Oostende gaat in op de gevolgen van de globale klimaatsverandering voor het Belgisch territorium en de bevolking. Het evenement wil geen angstkreten slaken maar duidt alleszins op de gevaren en gevolgen van het broeikaseffect. De ondertitel van de tentoonstelling, Een nieuwe kijk op zee, wijst op de toekomstige uitdagingen voor de architectuur, de ruimtelijke planning en de landschapsarchitectuur.

Het architectenbureau met de wat platte naam Fuck Le Corbusier extended uit Brussel, ontwierp een ontwikkelingsscenario voor de Belgische kust. Zij zien een positieve ontwikkeling in de dreiging van de klimaatverandering. FLC ziet geen heil in het almaar ophogen van dijken, rampen zijn bij een eventuele doorbraak niet te overzien. Daarom is er in hun toekomstvisie ruimte voor water op het land in de vorm van uitgestrekte overstromingsgebieden. Tussen de overstromingsgebieden ontstaan ‘kustburchtsteden’, elk met eigen profiel. Oostende kan een cultuurparadijs worden, Blankenberge een familiebadplaats en Knokke-Heist een luxe-eiland. De grens tussen land en water vervaagt in dit scenario en is voortdurend in beweging. Zeewater vermengt zich met zand en wordt modder vandaar de projectnaam MUD. Overstromingen worden interessant en uitgestrekt. In dit verhaal krijgt Brugge bijvoorbeeld een strandzijde en zicht op zee. Maar er blijven ook gebieden gevrijwaard en behouden, zoals de havens in hun functie als economische knooppunten. In het modderige hinterland is landbouw niet meer mogelijk. In zijn plaats sluipt ongemerkt de nieuwe hypereconomie waarvoor we geen fysiek land meer nodig hebben. Binnen het gecontroleerde overstromingsgebied tekenen zich rasters uit van data, kennis en technologie. Op elk knooppunt kan een activiteit zich vestigen: een bedrijf, een luchthaven, een hotel, een drijvende universiteit. Door de getijdenwerking kunnen we duurzame energie genereren en nieuwe zeegebonden teelten worden ontwikkeld. M.U.D. slaat niet enkel op modder maar staat ook voor Multi-Users Dimension, de multifunctionele dimensie. Het raster is flexibel. Op elk moment kan een knooppunt anders worden ingevuld, kunnen activiteiten een andere plaats zoeken. Niets is zeker, niets is definitief. FLCextended schudt ons wakker en wuift hoopvol naar de toekomst. Tegelijkertijd blijven de plannen van  FLC, geprint op een tapijt van zes bij acht meter, vrijwillig abstract.

Mare Meum toont niet enkel een toekomst maar grasduint ook rijkelijk in het verleden. De presentatie van de Administratie Waterwegen en Zeewezen toont met tekeningen, foto’s, teksten en  video’s de veranderingen die de kustlijn door de eeuwen heen heeft ondergaan. Hoe kusteilanden ontstonden en verdwenen,  hoe zeedijken werden aangelegd  om het land te beschermen en soms faalden, zoals in 1953!

Benevens de kust komt ook de Noordzee – de elfde provincie – aan bod. Het GAUFRE-team (Maritiem Instituut Universiteit Gent) liet op een 40 meter lange gordijn, de zee verbeeldend, zijn tien kaarten drukken die een hoop kennis van de 3.600 vierkante kilometer Belgische territoriale wateren geven: van kabels en pijpleidingen tot de meest vervuilde gebieden.

Mare Meum presenteert denkoefeningen voor mogelijke ruimtelijke scenario’s voor de Belgische kust en de Noordzee. Het zet aan tot denken over mogelijke alternatieve maatregelen en oplossingen voor de kustverdediging. Dit en het mooie weer zijn redenen genoeg om naar de ‘koningin der badsteden’ af te reizen.