Feature

Groeten uit… Tokio

Serieus winkelen, lekker eten en uitgaan: tips van Felix Claus.

Eind juni is in Tokio het regenseizoen voorbij en begint de lange, warme en vochtige zomer. Tot half september is het in de stad ondraaglijk: 30-35 graden met een relatieve vochtigheid van vaak meer dan 80%. Pas na medio oktober wordt het weer droger en gaan temperatuur en luchtvochtigheid omlaag.

Eerste tip: ga naar Tokio, maar niet in de zomer. Mijn favoriete tijden zijn de periodes rond kerst en koninginnedag, want die bestaan niet in Japan. Het weer is dan heerlijk en de winkels zijn open. En dat is meteen een van de belangrijkste redenen waarom je Tokio moet bezoeken: de winkels. De andere redenen zijn de stad, het eten, de Japanners, uitgaan, de hotels en als je echt een excuus nodig hebt: de architectuur (gaap)

Winkels

Winkelen gaat wat mij betreft niet over het al keuvelend en doelloos langs winkels lopen, maar om doelgericht een bepaald voorwerp in de volledige omvang van de mondiale productie te kunnen zien, vergelijken en aanschaffen; zo is kapitalisme bedoeld!

Het eerste kan natuurlijk ook; loop Omote-sando af, of slenter in Ginza, en je komt zeker iets tegen, in ieder geval Japanse jongedames die het shoppen tot levensvervulling hebben gemaakt.

Nee, het serieus iets gaan kopen dat is waar het hier over gaat. Dit proces begint met de vraag, wat heb ik nodig? Voor een vis ga je naar Tsukiji, de grootste vismarkt van de wereld, voor een boek naar Kanda, de boekenwijk, voor elektronica naar Akihabara, de elektronicawijk, voor ondergoed naar Muji, voor designer clothes naar Isetan Men’s in Shinjuku of Hankyu in Yurakucho, voor maquettespul naar Tokyu Hands, voor ‘poppetjes’ naar Shinjuku, voor gothic/skater/punk naar Harajuku

Specialistisch kan ook: architectuurboeken bij Nanyodo in Kanda, levensmiddelen in de kelder van Matsuya in Ginza, design in Daikanyama en Meguro, tijdschriften bij Kinokunya.

Bijkomend plezier van het kopen in Japan is de service, de historisch lage stand van de yen en de lage BTW. Enig nadeel is het lange wachten bij het afrekenen vanwege de vele (onzinnige) plichtplegingen omtrent betalen en inpakken.

Uitgaan

Het is in Tokio geen uitdaging om alle dagen van de week door te zakken. Je begint in Ebisu/Meguro voor een promenade en een terrasje langs de rivier, daarna ga je eten in Kagurazaka, na het eten bezoek je een wijnbar in Shibuya, of drink je Yamasaki whiskey aan de bar van het Akasaka prince hotel (ontworpen door Tange) of het Okura hotel (ntworpen door Taniguchi), vervolgens op naar Roppongi voor ranzig entertainment, daarna ben je klaar voor Shinjuku, met -ni-chome speciaal voor de homo’s, en bij zonsopgang naar Golden-gai, mijn tips: de Deep-Purple bar of de Nurses’ bar….

Hotels

De traditionele herberg Homeikan in Ueno is goedkoop en echt, het Tokyu Excel hotel in Shibuya is modern en centraal, het Park Hyatt blijft een monument – en in het geval van zware jet-lag kun je daar midden in de nacht het werk van Claus en Kaan bestuderen in hun bibliotheek.

Architectuur

Voor de architectuurjunk is een week om gebouwen te kijken niet te lang. Er zijn diverse goede gidsen voor moderne architectuur (Toto deel 1 en 2, Casa Brutus) en recente projecten zijn overal reeds uit den treure gepubliceerd. Doe eens iets anders en verruim je geest met werk van Togo Murano, Taniguchi sr, Seike of Yoshida.

Tenslotte

Degene die bovenstaand programma in een week kan afwerken, krijgt van mij een kopje thee, groen en koud, op Jingumae 2-16-11.

Eten

Met de mondiale sushi-gekte is het exotische er wel een beetje van af en met het uiteenspatten van de bubble-economie het legendarisch dure trouwens ook. Het is niet erg moeilijk om in Japan voor 15 euro per dag te eten, maar het kan ook duurder. De Michelin-gids maakt het zelfs mogelijk te (proberen te) reserveren bij restaurants waar je vroeger alleen op uitnodiging terecht kon.

Japanse restaurants specialiseren zich in een bepaalde bereidingswijze: er zijn restaurants voor sushi, tempura, yakitori, tofu, kip, paling, tonkatsu, soba, udon, paard etc. Een goede manier om te vergelijken zijn de restaurant-courts in de warenhuizen, meestal op de bovenste verdieping, of in de uitgaanswijken rondom de stations.

Net zo lekker, en beter dan in Europa, zijn de Franse, Italiaanse en Spaanse restaurants in Tokio. De moleculaire hype die van de haute cuisine in Europa een slagveld heeft gemaakt, gaat aan Japan voorbij. Hier zijn de chefs vooral geïnteresseerd in de perfecte kopie van het klassieke voorbeeld: Les Amis du Vin in Ginza, L’Artemis Petillante in Jingumae, Kinoshita in Yoyogi. Heb je iets te vieren, ga dan naar Beige, het restaurant van Alain Ducasse bovenin het Chanel building, of naar de New York Grill op de 52ste verdieping van het Park Hyatt in Shinjuku.

Stad

Tokio is een megapool met dorpskarakter. Vanuit het lege midden, waar het keizerlijk paleis is gelegen, vertrekken radiaalstraten die de ringspoorlijn, de Yamanote line, kruisen. Op de kruisingen tussen spoorlijn en radiaalstraten zijn stadscentra ontstaan die elk een eigen karakter hebben: Roppongi voor de Amerikanen, Shinjuku voor winkelen en uitgaan, Shibuya voor de jeugd, Akasaka, Ginza, Ueno etc Deze hubs en de hoofdstraten zijn extreem verdicht en hebben een grootstedelijk straatbeeld, tegenwoordig zelfs met terrasjes. Het weefsel ertussen is volledig kleinschalig bebouwd: vrijstaande gebouwtjes op minimale kaveltjes, altijd 30 cm van elkaar losgehouden vanwege de brandweervoorschriften.

De Japanners zijn zelf altijd onderweg en doen dat per spoor; ze kennen de stad als een reeks hubs zonder ruimtelijk verband. Maar de toerist heeft geen haast en hoeft nergens heen; ga wandelen en geniet van de topografie van Tokio en de grote contrasten in dichtheid, sfeer en mensen. Ik verbaas mijn Japanse vrienden altijd met de mededeling dat ik ben komen lopen.