Reisbestemming: de Krim. Aantal kilometers: 2.586. Reisdoel: de datsja van de beroemde 19e eeuwse toneelschrijver Anton Tsjechov, en een gebouw waarvan ik de naam niet weet. Lang gezocht, gegoochelt, gevraagd, maar niemand had een idee waar ik het over had. Zelfs de Oekraïners wisten van niets. Een ruimteschip? Aan de kúst? Nooit van gehoord. Terwijl het toch een uitermate iconisch gebouw is. Maar is het eigenlijk wel een gebouw?
Als niemand me kan helpen loop ik er zelf wel heen. Het gebouw staat tenslotte aan het strand, dus als ik de kustlijn volg moet ik er ooit terechtkomen. Het is acht kilometer lopen, van Jalta naar het plaatsje Kurpaty. Via kronkelige wegen, dichtbegroeide sluipdoor kruipdoor gangetjes en steile trappen komt het gebouw plotseling in mijn blikveld. Wat bijzonder, om een gebouw dat ik alleen van plaatjes ken en dat jarenlang in mijn hoofd in de architectonische bibliotheek zat opgeborgen ineens in het echt te zien. Hoe dichterbij ik kom, hoe groter het gebouw wordt. Sterker nog, het is immens. Daar is het dan, in al zijn glorie: sanatorium Droezjba (Vriendschap).
Voorzichtig vraag ik aan de portier of ik Droezjba van binnen mag bewonderen. Dat mag. Ik loop door de ronde, met bruin rookglas overdekte ingang, die eerder aan een grote reageerbuis dan aan een entree doet denken. Binnen is het contrast met de spacy jaren-zestig buitenkant onvoorstelbaar. Alles ademt jaren tachtig; de entreebalie, de beige vitrage (met ingeweven zeepaardmotief), de zeshoekige plantenbakken, de planten in de plantenbakken (voor de kenners: Chlorophytum comocum), de verlichting, de gordijnen voor het toneel, de pictogrammen, de rookglazen balustrade, de barzitjes, de bar, de barvrouw. Zelfs de kamers zijn in die stijl blijven steken, als ik de beelden in de folder van het sanatorium mag geloven. Uiteraard zijn er we zijn in een (voormalig) Sovjetsanatorium – diverse bars, met namen als Vltava of Volga.
Net als talrijke gebouwen uit het Sovjettijdperk lijdt dit gebouw aan het Oost-Europese leeftijdssyndroom: ze zien er altijd minstens vijftien jaar ouder uit dan ze daadwerkelijk zijn. Want aan de buitenkant lijkt Droezjba op een in de optimistische jaren zestig vormgegeven gebouw. Alsof hier in 1968 de film 2001: A Space Odyssey is gedraaid en Droezjba daarin als ruimteschip mocht figureren. Niets is minder waar. Droezjba is in 1985 opgeleverd, vier jaar voordat de communistische heilstaat ineenstortte en alle idealen vervlogen. Partijleider Lenin besloot in 1920 om de gehele Zwarte Zeekust te bestemmen voor vakantievierende arbeiders. Het een na het andere sanatorium werd gebouwd. Maar Droezjba is een duidelijke uitzondering op de verstikkende toeristische deken die nu over de Krim wordt gelegd. En die overal hetzelfde soort gebouwen oplevert: spiegelpaleizen met appartementen.
Ontworpen is Droezjba door architect Igor Vassilevsky, samen met constructeur/ingenieur Nodar Kantscheli. Zij waren destijds werkzaam bij Koerortprojekt, een sovjetbedrijf met 450 medewerkers dat in 1967 is opgericht om de Sovjet Unie van kuuroorden te voorzien. Droezjba is het resultaat van een samenwerkingsverband tussen dit bedrijf en de Tsjechische vakbonden. Dat is van binnen nog steeds te zien en te lezen: alle opschriften (lift, bar, zwembad) zijn zowel in het Russisch als in het Tsjechisch geschreven. Aan de buitenkant valt Droezjba op vanwege de bijzondere situering van de kamers. Deze zijn al zigzaggend rondom een centrale entree gelegd. Het gebouw, of eigenlijk twee boven elkaar liggende gekartelde cirkels met doorsnee van 76 meter, met daartussen ontspanningszalen en het zwembad, rust op drie enorme betonnen pijlers. In deze pijlers zijn de trappen en liften opgeborgen, die de kuuroordgasten naar het strand brengen.
Met dit excentrieke ontwerp konden Vassilevsky en Kantscheli een aantal problemen die het bouwen langs de kust veroorzaakt voorkomen. Het landschap werd gespaard doordat de kusthelling vrijwel gevrijwaard is van bebouwing, de bestaande vegetatie kon daarmee gespaard worden. Daarnaast garandeert de kartelende gevel groots uitzicht vanuit elk van de 200 kamers. Soms op de Zwarte Zee, soms op het landschap, maar nooit op elkaar. Zo wordt maximale privacy gegarandeerd. Een dergelijke (verkaveling)vorm komt in Nederland zelden voor. Uitzondering is Parkstad Leusden van architect Henk Klunder uit 1969. Dit ontwerp bestaan uit cirkelsegmenten met verspringende drive-inwoningen.
Volgens ingenieur Kantscheli kan het gebouw een aardbeving van 8 op de schaal van Richter doorstaan. Het is berekend op de gelijktijdige aanwezigheid van 400 kuuroordgangers. Toch is het niet te hopen dat Droezjba eenzelfde lot beschoren is als vele andere gebouwen waaraan Kantscheli heeft meegewerkt. In 2004 stortte de dakkoepel van het zwembad Transvaal Park in Moskou in, daarbij vielen 28 doden. In 2006 was het weer raak, het door Kantscheli ontworpen dak van de Basmanny-markthal begaf het. Triest resultaat: 66 doden.
Thuisgekomen heb ik meteen via Google Maps op Droezjba proberen in te zoomen. En warempel; het ziet er van boven exact uit zoals je denkt dat het er uit zal zien: als één groot tandwiel met daarin drie kleine tandwielen, die als radertjes lijken te draaien om het sanatorium gaande te houden. Bizar. Droezjba presenteert zich aan de Zwarte Zeekust ‘als een witte lelie op een zalvend zacht, blauwgroen wateroppervlak’, schmiert de kuuroordfolder. Zo ver wil ik niet gaan, maar dat Droezjba een fysieke ervaring is ook zonder er als kuurgast te logeren – moge duidelijk zijn.