Recensie

PREVI: ¡El tiempo construye! Time builds!

Het is alweer enige tijd geleden verschenen, maar nog weinig besproken: het eerste boek over het experimentele woningbouwproject PREVI (Proyecto Experimental de Vivienda) in Lima (Peru). Het boek is het resultaat van een intensieve studie van een team docenten en studenten bouwkunde aan de katholieke universiteit van het Chileense Santiago. In 2003 togen zij naar de tweeënhalf duizend kilometer verderop gelegen woonwijk en ruim vijf jaar later stonden hun bevindingen op papier.

Wat is er zo bijzonder aan deze wijk van slechts 500 koopwoningen voor lage inkomens? Eerder al had Francis Strauven gewezen op de woningen die Aldo van Eyck begin jaren zeventig in PREVI gerealiseerd had. Die behoren tot de weinige voorbeelden van zijn woningarchitectuur. Dat feit alleen al maakt PREVI de moeite van een studie waard. Maar er is veel meer. Niet alleen Van Eyck ontwierp woningen voor PREVI: er was een internationale groep architecten van naam geselecteerd, waaronder de Japanners Maki, Kikutake en Kurokawa, de Brit James Stirling, het Zwitserse Atelier 5, Christopher Alexander uit de VS, Charles Correa uit India en Candilis, Josic, Woods uit Frankrijk. In totaal waren er dertien internationale architecten (-teams) bij het project betrokken, naast een groep Peruaanse architecten. Toen de wijk in 1974 min of meer voltooid was, leek het op een soort Weissenhofsiedlung van de jaren zeventig: stralend wit, beton of gepleisterde steen, platte daken, hier en daar een primaire kleur voor deuren en kozijnen.

PREVI is in een aantal opzichten interessanter dan de Weissenhof in Stuttgart. In PREVI is in de eerste plaats een grotere aandacht voor de techniek van het bouwen: er zijn verschillende bouwsystemen toegepast en soms ter plekke ontwikkeld, zelfs grote elementenbouw, en er werd een speciale steen ontwikkeld, de PREVI-steen. Daarnaast werd in PREVI meer zorg besteed aan de stedenbouwkundige structuur en de inrichting van de buitenruimte. Lage bebouwing in hoge dichtheden, met patio's in de woning en de wijk, waren het uitgangspunt voor PREVI. Het straatmeubilair werd bovendien speciaal voor PREVI ontworpen. Tot slot was er dan nog de setting van moderne architectuur in een ontwikkelingsland, met alle problemen die daaraan vastzaten.
Het was de Britse architect Peter Land, destijds initiatiefnemer en projectleider, die op het hele concept van PREVI zwaar zijn stempel drukte, zowel inhoudelijk als organisatorisch. Land, die onder de vlag van de VN opereerde, selecteerde de architecten voor de prijsvraag die aan PREVI vooraf ging, en formuleerde de opgave. Op zijn voorstel werden niet alleen de ontwerpen van de prijswinnaars gerealiseerd, maar ook van de andere internationale deelnemers. Zelf ontwierp hij met zijn team het stedenbouwkundig plan. In de publicatie ¡El tiempo construye! Time builds! krijgt Land dan ook terecht een prominente plaats met een flink artikel van eigen hand.

Na de bijdrage van Land ontstaat er een breuk in het boek. Land eindigt zijn verhaal bij de voltooiing van PREVI, althans van fase 1. Oorspronkelijk waren er 1500 woningen gepland, maar de bouw bleef steken in de eerste fase van 500 woningen. Toen verdween de VN van het toneel en ook de betrokken regeringsinstanties trokken zich terug. Wat er precies gebeurd is, is nog niet helemaal opgehelderd. In elk geval hebben de bewoners in de jaren daarna het heft in eigen hand genomen en de woningen uitgebreid zonder gebruik te maken van de richtlijnen voor uitbreiding die elke architect had moeten tekenen. Sommige woningen kregen een totale 'make-over' en veranderden in sprookjespaleizen, waarin het oorspronkelijke ontwerp geheel ten onder ging. Dat alles is voor Land nog steeds een grote teleurstelling. Want dat is niet zijn PREVI. In het manuscript voor zijn eigen boek komt deze tweede PREVI dan ook niet voor.

!El tiempo construye! Time builds! draait juist om die veranderingen die de wijk heeft ondergaan na de voltooiing in de jaren zeventig. De onderzoekers beschouwen hun studie zelfs als een hommage aan de bewoners. De Chilenen zijn kennelijk gefascineerd geraakt door het archeologische werk, het graven naar de oorspronkelijke kern, en de reconstructie van 'het tweede leven' van PREVI. Dit proces hebben de Chilenen met uiterste precisie in driedimensionale tekeningen weergegeven.
De belangrijkste verandering die bijna elke woning heeft ondergaan is de uitbreiding van eengezinswoning naar meergezinswoning, waarbij de andere gezinnen meestal familieleden waren. Of er werd gebouwd voor de verhuur, of een combinatie van die twee. Ook werd er uitgebreid voor een winkeltje op de begane grond. Er verrezen enkele kasten van huizen, in het boek hyperhouses genoemd, tot wel 350 m2 op en rond een oorspronkelijke kern van ongeveer 50 tot 90 m2. Bij een aantal uitbreidingen werd een deel van de openbare ruimte in beslag genomen, zoals bij de cluster van de Japanse architectengroep, waar de bewoners de ruimte tussen de gevel en de straat confisqueerden om er winkeltjes te bouwen.
Voor de evaluatie van het oorspronkelijke PREVI is de conclusie van belang dat bepaalde woningtypes geschikter zijn gebleken voor uitbreidingen dan andere. En dat duidelijkheid in de basis eerder leidde tot een uitbreiding in overeenstemming met die basis. Dat is leerzaam, maar er blijven wel veel vragen over.

Immers, de Chilenen kunnen dan wel positief zijn over de activiteiten van de bewoners, maar je verzamelt toch niet architecten van naam en faam van over de hele wereld om hun ontwerpen vervolgens te laten bedekken door iets anders? Moet je concluderen dat het oorspronkelijke concept, ondanks alle aanpassingen aan de inheemse cultuur toch te westers en te veel top-down was? Peter Land had zelfs een begeleiding bij de uitbreidingen gewenst, maar was dat realistisch in een land zonder voldoende regulering van de ruimtelijke ordening, ontbrekende ondersteunende ambtelijke en private instituties en een instabiel politiek klimaat?
Op deze vragen gaat het boek nauwelijks in. Dat is misschien ook een onderzoek op zich, maar als je de Britse architect John F. Turner een voorwoord laat schrijven, verwacht je een exposé over PREVI contra zelfbouwprojecten. Immers de discussie tussen voorstanders van centraal geleide woningbouwprojecten en verdedigers van zelfbouwprojecten, waarbij leidende figuren in de VN, Peruaanse politici en intellectuelen betrokken waren, was al sinds de jaren vijftig aan de gang. Turner speelde in die discussie een belangrijke rol. Hij had enige jaren voor de Peruaanse regering aan zelfbouwprojecten gewerkt en was een voorstander van zelfbouw en upgrading van de barriada's, de zelfbouwwijken op gekraakt land. Hij zag niets in de topdown benadering van wijken als PREVI. Jammer genoeg gaat hij in zijn korte voorwoord niet in op dat debat. Hij merkt alleen op dat hij destijds sceptisch was over het project en meldt een beetje zuinigjes dat de studie van de Chilenen slechts een begin is van het verhaal over PREVI.
!El tiempo construye! Time builds! is over het geheel genomen een beetje een gemiste kans als je bedenkt dat de onderzoekers de medewerking hadden van een aantal sleutelfiguren van destijds. Maar laten we niet vergeten wat er wel is gedaan: er ligt een documentatie van betekenis over de ontwikkeling van een flink aantal woningen, waar andere onderzoekers hun voordeel mee kunnen doen.