Paul Shepheard gaf een Knights Move lezing in het Haagse Stroom. Voor deze serie worden sprekers uitgenodigd die door een ongebruikelijke, verhelderende en inspirerende visie op de stad, stedelijkheid en het publieke domein buiten de gebaande paden van het debat treden en daarmee het gesprek over de stad nieuwe impulsen geven. Shepheard voldoet in alle opzichten aan dit criterium.
Vorige week is het heringerichte Kleinpolderplein opgeleverd. Deze eerste spaghetti junction van Rotterdam nadert zijn einde als snelweg-knooppunt. Maar voor het zover is, moet het plein nog 15 jaar functioneren, vandaar de herinrichting. Kunstenaarscollectief Observatorium is gevraagd mee te denken over de tijdelijke herinrichting. In hun voorstel nemen zij een voorschot op de toekomst van het plein. Zij pleiten voor behoud als het zijn functie als verkeersplein heeft verloren. Breek het niet af, geef het de status van cultureel erfgoed, realiseer een flyover-park en begin nú met kunst, cultuur en een nieuw landschap, aldus Observatorium. Recentelijk was ik bij een lezing van Paul Shepheard; zijn verhaal nog nagonzend in mijn gedachten, stel ik me voor hoe de Shepheard van 3025 het door Observatorium gedachte Kleinpolderplein in zijn vizier krijgt. Hij vraagt, hij zoekt, hij speculeert . Deze berg vol vreemde wendingen en zicht op de stad Rotterdam is voor hem aanleiding om zijn en ons denken te verzetten en de onderliggende structuren in stad en land te doorgronden.
Shepheard gaf zijn lezing de titel Infrastructure: default/poetic. Hoewel opgeleid als architect, manifesteert hij zich als schrijver en kritisch beschouwer. Zijn lezing over infrastructuur is een weerslag, of beter gezegd, maakt deel uit van een continue zoektocht naar de diepere structuren en betekenissen van de menselijke ordening van de materiële wereld. Er is IETS, maar ik kan het nog niet beschrijven, zo stelt Shepheard in een aanstekelijke lezing Het is een verhaal vol persoonlijke fascinaties en speculaties. Shepheard toont zich kwetsbaar op een podium waar vaak genoeg slechts stelligheden worden gedebiteerd. Hij maakt zijn publiek deelgenoot van de vragen die hem bezighouden. Soms liggen deze vragen zo voor de hand, dat het verwondert dat ze niet eerder zijn gesteld. Why do cities differ from each other? Is dat enkel en alleen te verklaren uit functionele en geografische omstandigheden? Zijn zoektocht naar antwoorden levert intrigerende, maar niet altijd voldragen inzichten op.
Infrastructure: default/poetic is een werktitel, maar de begrippen bepalen de richting van het denken. De lezing is onderdeel van zijn zoektocht, zoals hij zijn colleges aan de universiteit van Austin, Texas heeft gebruikt om de inhoud van zijn boek Artificial Love aan te scherpen. Shepheard stelt dat de standaardinstellingen, de verschijning van de infrastructuur, ofwel een resultante van nut ofwel van historie is. Door de introductie van het begrip poetic stelt hij dat naast deze rationalisaties iets anders schuilgaat achter de verschijningsvorm van infrastructuur. Infrastructuur betekent, zoals hij zelf schrijft, ten slotte niet voor niets ‘the structure that lies beneath‘. En dat is waar Shepheard naar zoekt. Het gaat hem niet om het bedenken van nieuwe dingen, maar het begrijpen van de wereld die er al is. Hij wijst ons op wat hij noemt de poëzie in de ontstaansgeschiedenis van plekken; van Stonehenge tot Jeruzalem, van Londen tot het Frankrijk van het Vichyregime of Houston.
Het Jeruzalem van nu bijvoorbeeld is door de eeuwen heen gebouwd rond plekken die in verschillende geloven een rol spelen. De godsdienststrijd blijkt niet de ondergang van de stad, maar juist haar kracht. De aanbidding van en de strijd over enkele stenen maakte Jeruzalem zó sustainable.
Een ander voorbeeld: Recentelijk is The Shard, een toren van Renzo Piano, in een altijd beschermde zichtlijn van St Paul in Londen gebouwd. Wordt hiermee een voor de samenhang van de stad bepalende structuur doorbroken? Voor Shepheard is de aantasting aanleiding om vanaf de Londense heuvels het meesterwerk van sir Christopher Wren en de relatie tussen de twee te bestuderen. En wat blijkt: de top van de dom blijkt precies de hoogtelijn van de heuvels te raken. Shepheard lijkt te impliceren dat aan deze menselijke ordening diepgewortelde mathematische principes ten grondslag liggen, die een intrinsieke waarde vertegenwoordigen.
Ook de all Amerikaanse stad Houston, waar Shepheard een tijdje verbleef, wordt bevraagd. Waarom is Houston zo anders dan andere steden? De verschillen zijn niet alleen te verklaren uit puur functionele, geografische en lokale omstandigheden. Er ligt geen masterplan aan ten grondslag. Shepheard toont een gemiddelde spaghetti structuur van wegen rond deze Amerikaanse stad. De wegen rijzen en dalen en zijn op ingenieuze wijze verstrengeld. Er overheen rijden is een ware belevenis, pure poëzie, die niet ingegeven kan zijn door zuiver functionele of historische gronden.
Het is zijn open manier van kijken en denken waarmee Shepheard de morfologie van de stad en het land een nieuwe impuls geeft. Over de waarde van zijn speculaties stelt Shepheard zelf in de geannoteerde index van Artificial Love: It has occured to me that historians don’t speculate enough: the problem being that they equalize everything through authentication and render themselves indiscriminate. Speculation is risk, like a wound: and an opening to a new process, like an infection.
De maatschap Observatorium, die al geruime tijd het werk van Shepheard volgt, is aangestoken door zijn speculaties. Obervatoriums André Dekker die ook deze lezing bijwoonde, zegt het als volgt: zijn denken is niet altijd in een rechte lijn, maar een groot plezier om naar te luisteren. Het inspireert. Als Dekker aan het einde van de lezing vraagt welke ideeën uiteindelijk het boek zullen halen, is dit na enig twijfelen voor Shepheard aanleiding voor een toegift terwijl hij van een glas wijn geniet passeren de beelden en ideeën die wat hem betreft reeds zijn afgevallen. Stof genoeg voor een tweede lezing.