Recensie

Veertig jaar Broken Circle/Spiral Hill in Emmen

Dit jaar is het veertig jaar geleden dat de Amerikaanse kunstenaar Robert Smithson in een zandafgraving bij Emmerschans in Drenthe het kunstwerk Broken Circle/Spiral Hill (1971) uitvoerde. In CBK Emmen wordt in twee tentoonstellingen, Broken Circle/Spiral Hill Revisited en The Ultraperiferic, teruggekeken op het enige earthwork van Smithson in Europa én vooruit gekeken naar nieuwe vormen van Land Art.

In de zomer van 1971 verbleven Robert Smithson en zijn vrouw Nancy Holt twee weken in Emmen op uitnodiging van Wim Beeren, samensteller van ‘Sonsbeek buiten de perken’. Met deze tentoonstelling werd de nieuwe kunstvorm Land Art naar Nederland gehaald. Smithson, die bekend stond om zijn ingrepen in het landschap zoals Spiral Jetty (1970) in het Great Salt Lake in Utah, wilde in het gecultiveerde Nederland een ingreep doen in een rauw, aangetast gebied. Hij werd gewezen op de zandgroeve van de gebroeders De Boer bij Emmerschans en maakte aldaar Broken Circle/Spiral Hill, dat nog steeds te bezoeken is. Het kunstwerk bestaat uit twee delen. In het ene wordt aan de oever van het zandgat een cirkel gesuggereerd in zand en water. Een uitstekende, gebogen landtong herhaalt zich in een gelijkvormig kanaal in de oever. Tegen de naastliggende helling maakte Smithson een heuvel met een pad dat omhoog voert, de Spiral Hill, vanwaar het publiek uitzicht heeft over de Broken cirkel.

Smithson had een grote interesse in geologie, de prehistorie en entropie. Hij werd gefascineerd door de hunebedden van enorme zwerfkeien, die in de ijstijd van Scandinavië vooral naar Drenthe waren getransporteerd. In het midden van Broken Circle ligt een enorme zwerfkei die het kunstwerk verbindt met de ijstijd. Toch was dit 30.000 kilo zware voorwerp Smithson een blok aan het been. De kei richt de aandacht van het publiek immers naar het centrum, terwijl Smithson juist de nadruk op de omtrek, de gesuggereerde cirkel wilde leggen. Door geldgebrek kon de kei niet verplaatst worden en uiteindelijk verzoende de kunstenaar zich met deze waarschuwing uit de ijstijd.

Land Art is overgeleverd aan de weersomstandigheden en een veranderende omgeving. Bij de conservering van deze kunst stuiten we op een dilemma: blijven we trouw aan de ideeën van de kunstenaar of willen we het werk in zijn oorspronkelijke staat behouden? Grootste vijand van Broken circle is een stijging van de waterspiegel. In 1987 maakte dit een ingrijpende restauratie noodzakelijk. Er werd besloten het zand met 30 centimeter op te hogen. Opmerkelijk was dat de zwerfkei ook werd opgetild. De kei alsnog verhogen, doet afbreuk aan Smithsons verzoening met de kei en was niet noodzakelijk om het werk te kunnen behouden. Hoewel de omgeving van Broken Circle/Spiral Hill in veertig jaar sterk is veranderd door de zandwinningactiviteiten, is het kunstwerk op het oog dus hetzelfde gebleven.

De tentoonstelling Broken Circle/Spiral Hill Revisited geeft een compleet overzicht van het moment van creatie tot de huidige staat van het kunstwerk. Tekeningen, foto’s en video’s geven inzicht in het ontwerpproces en de betekenis van het werk. Verder wordt de pas voltooide film Breaking Ground: broken circle/spiral hill (1971-2011) vertoond. Robert Smithson (1938-1973) kwam twee jaar na het realiseren van het kunstwerk in Drenthe om bij een vliegtuigongeluk in Amerika, op verkenningstocht voor een nieuw werk. Hij liet aanwijzingen na voor een film over Broken Circle/Spiral Hill die nu door zijn weduwe Nancy Holt, met hulp van SKOR en Land Art Contemporary, is voltooid. Ook de band van de inwoners van Emmen en omstreken met het kunstwerk wordt in de tentoonstelling belicht. Foto’s en video’s tonen hoe het werk als achtergrond gediend heeft voor zwempartijen, trouwerijen en de videoclip Op fietse (1997) van SKIK, dé beroemde band uit het naburige Erica.

Tekeningen waren voor Smithson geen autonome kunstwerken, maar louter hulpmiddelen in het denkproces. Het enige autonome kunstwerk op de tentoonstelling, Leaning Mirror/Mirror Displacement (1969), is interessant om in verband te brengen met Broken Circle/Spiral Hill. Dit werk, een bult zand en stenen, waarin een vierkante spiegel leunt, was in 1969 onderdeel van de tentoonstelling Op Losse Schroeven in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Smithson noemt dit werk een ‘nonsite’ en definieert dit als volgt: “Indoor earthworks, that point to outdoor collections of undifferentiated material.” In 1969 werd deze ‘nonsite’ vergezeld van een ‘site’, een soortgelijke opstelling met een spiegel ergens op een ongecultiveerde plek in Heerlen. In de tentoonstelling in Emmen bestaat de ‘nonsite’ uit zand en stenen uit Emmerschans, maar ontbreekt een gelijkvormige tegenhanger. De Broken Circle is echter op te vatten als de ‘site’, vanwege overeenkomsten in vorm en betekenis. Je zou kunnen zeggen dat de cirkel eigenlijk niet ‘gebroken’ is, maar dat de volledige cirkel slechts gedeeltelijk is vormgegeven. Net zo verbergt het zand in Leaning Mirror een gedeelte van de spiegel. Het ingegraven deel van de spiegel is niet verdwenen, maar slechts uit beeld. Uit de tijd, als je met Smithsons ogen zou kijken. Broken Circle/Spiral Hill legt immers een verband tussen de ijstijd en de toekomst, waarbij de enorme tijdspanne ertussen geen vorm heeft gekregen.

De tweede tentoonstelling, The Ultraperiferic, vormt een voorproefje van een serie kunstopdrachten die de stichting Land Art Contemporary voorbereidt. In navolging van Robert Smithson krijgen kunstenaars de kans projecten te realiseren op ‘aangetaste’ plekken. In het CBK Emmen is recent werk te zien van drie hedendaagse kunstenaars, die alle drie werken vanuit vergelijkbare ideeën als Robert Smithson.
De Spaanse kunstenares Lara Almarcegui heeft in 2008 postindustriële ruïnes in Nederland gefotografeerd en verzameld in een publicatie. In Emmen worden 26 foto’s hieruit getoond. De ruïnes refereren aan de langzame teruggave van menselijk ingrijpen aan de natuur. Hieruit spreekt interesse voor entropie, maar in tegenstelling tot Smithson heeft zij niet zozeer interesse voor verleden of toekomst, maar legt ze neutraal vast wat zij op een bepaald moment ziet. De band tussen toekomst en verleden is wel belangrijk voor de Franse kunstenaar Cyprien Gaillard. Hij liet in 2010 bij Scheveningen een bunker uit WOII voor drie weken uitgraven en legde deze actie vast in de video Dunepark. De bunker is onderdeel van de Atlantikwall, die de Duitsers hadden gebouwd ter voorkoming van een geallieerde invasie. Gaillard wilde met zijn kunstwerk waarschuwen voor kortzichtigheid. Er werden namelijk plannen ontwikkeld om op die plek luxe villa’s met uitzicht op zee te bouwen, zonder enige reverentie aan de plaatselijke geschiedenis.

Van de Mexicaanse kunstenaar Jorge Satorre wordt het werk The erratic: measuring compensation (2009) getoond, gemaakt naar aanleiding van de natuurcompensatie bij de aanleg van de tweede Maasvlakte. De dijken van de nieuwe haven zijn opgetrokken uit Scandinavische stenen en dit bracht Satorre op het idee een eigen compensatieproject te organiseren: het terugbrengen van een grote zwerfkei, die in de laatste ijstijd vanuit Scandinavië hier kwam. Een geoloog achterhaalde met behulp van de tentoongestelde scherf de precieze herkomst en de tekeningen tonen het proces van uitgraven, vervoer en reacties van omstanders. Waar Smithson geen kant uitkon met ‘zijn’ zwerfkei en zich erbij neerlegde, brengt Satorre de band aan tussen heden en verleden, door als het ware een gebeurtenis uit het verleden terug te draaien.