Recensie

The Grand Domestic Revolution

We werken steeds meer vanuit huis en ons werk is ons leven. De grenzen tussen privaat en publiek vervagen. Hoe transformeer je de huidige fysieke omgeving naar een domein waar wonen, leven en werken in elkaars verlengde liggen? En hoe houden we gemeenschapszin en solidariteit in onze prestatiegerichte samenleving? In de tentoonstelling The Grand Domestic Revolution gaan kunstenaars op verkenning.

De vrouw staat bovenop de hijskraan van een projectontwikkelaar. Op haar buik hangt een pasgeboren baby, op haar rug draagt ze haar oudere zoontje. Voordat ze aan haar bewonderenswaardige klautertocht begon, heeft ze pamfletten verspreid met de tekst: “Als we voor het einde van de dag geen betaalbare woonruimte hebben, dan springen we…”
In deze tijd van crisis worstelen veel mensen met te hoge huren en hypotheeklasten, er is onrust over het hebben van werk en we gaan gebukt onder een constante prestatiedruk. Volgens de ondertekenaars van de The Grand Domestic Revolution – User’s Manual betekent leven, gevangen zijn: thuis en op onze werkplekken. We staan via het internet met elkaar in verbinding en toch raken tegelijkertijd onze levens steeds verder verwijderd van die van onze families, vrienden, collega’s, buren en onbekenden.

Amerikaans feminisme als inspiratiebron
Met de tentoonstelling The Grand Domestic Revolution komt een groep internationale kunstenaars in actie om onze leefomstandigheden te veranderen, ‘startend vanuit de eigen huizen, buurten en werkplekken, hopend dat de revolutie overslaat naar dorpen, steden en ver daarbuiten.’ Ze zijn op zoek naar een nieuwe manier van leven en werken, waarbij het publieke en private domein niet langer gescheiden zijn.
Eerder in de geschiedenis stonden we ook voor soortgelijke uitdagingen. In de negentiende eeuw bijvoorbeeld streden Amerikaanse feministen voor economische onafhankelijkheid en sociale gelijkheid. Ze wilden vanuit huis betaald werk kunnen verrichten, hun kinderen ergens kunnen onderbrengen en gezamenlijk voor de gemeenschap kunnen koken. Progressieve architecten en planners promootten toen het idee om buurten en behuizing op deze wensen af te stemmen. Architecte Dolores Hayden publiceerde in 1982 een boek over deze grote huishoudelijke revolutie: The Grand Domestic Revolution. A History of Feminist Designs for American Homes, Neighborhoods and Cities. Dit boek vormt de inspiratiebron voor de gelijknamige tentoonstelling van het Utrechtse Casco Office for Art, Design and Theory.

The Grand Domestic Revolution van deze eeuw concentreert zich op vier thema’s. Ruimte: samenwonen en woongemeenschappen; Privé: de strijd tussen gebruik en bezit; Huishoudelijk: thuiswerk en huishoudelijk werk; en Relaties: sociale relaties met familie en buren versus netwerk. De kunstwerken uit de tentoonstelling zijn een product van deze thema’s of staan er in dienst van. Ze onderzoeken hoe we met elkaar omgaan, wat we nog echt samendoen en hoe we dat ‘samen’ een nieuwe vorm kunnen geven.
Ontmoetingsplaats voor de kunstenaars was een appartement aan de Bemuurde Weerd OZ 18b in Utrecht. Casco richtte deze woning twee jaar geleden speciaal in voor The Grand Domestic Revolution en nodigde er een jaar lang ontwerpers, theoretici, buren en activisten uit om er ideeën op te doen en uit te werken. De tentoonstelling vormt de afronding van dit organische project.

Alternatieve economie?
Kunstenaar Travis Meinolf bouwde in 2010 het actie-weefgetouw en organiseerde in het appartement een aantal openbare weefcursussen. Hij laat het publiek opnieuw nadenken over het huis als productie-eenheid binnen de hedendaagse economie. Is er een alternatieve economische orde mogelijk?
Ruth Buchanan en Andreas Muller ontwierpen in het appartement een transparante afscheidingswand van klei. Deze deelt de ruimte in tweeën terwijl die toch verbonden blijft, zodat we in onze hedendaagse woningen leven en werken kunnen combineren. Het weefwerk en de afscheidingswand zijn nu te bewonderen in Casco. Daar is een loftachtige ruimte ingericht met bijzondere meubels en andere kunstwerken afkomstig uit het appartement aan de Bemuurde Weerd.

Samen boodschappen doen
De Tsjechische kunstenares Katerina Sedá presenteert in het kader van The Grand Domestic haar experiment uit 2003. In het slaperige dorpje Ponetovice, de woonplaats van de kunstenares, is niets: geen postkantoor, geen lagere school, geen sociale ontmoetingsplaats. Zoals één van de bewoners tegen Sedá zegt: ‘There is nothing there‘. Sedá wil het ‘niets’ in Ponetovice vangen en concreet maken. Voor haar project spoort ze de inwoners aan om op een zaterdag al hun dagelijkse activiteiten tegelijkertijd uit te voeren. Ze wil laten zien wat je gemeenschappelijk kunt bereiken als je je buren beter leert kennen en gezamenlijk in actie komt. De dag begint om 7 uur ’s ochtends als alle vrouwen tegelijk boodschappen gaan doen en wordt afgesloten om 22 uur als iedereen tegelijkertijd het licht in zijn woning uitdoet. Met de gezamenlijke actie heeft het dorpje de identiteit van Ponetovice zichtbaar gemaakt.

De wijk van je leven
Sedá werkt op dit moment in Nederland aan een ander project. In Puttershoek zijn senioren verhuisd van een oud naar een nieuw verzorgingstehuis genaamd De wijk van je leven. De mensen kunnen hier echter hun draai niet vinden. Sedá deed onderzoek naar de redenen daarvoor. Het gebouw blijkt te groot, het is te open en te onpersoonlijk en er is slechts één centrale activiteitenruimte, op de etages zelf gebeurt niets. Sedá vroeg bewoners en het personeel in De wijk van je leven om een tekening van hun ideale gebouw of kamer te maken. Deze tekeningen heeft ze inmiddels vertaald naar architecturale modellen waarmee ze de ideale lijnen in het nieuwe gebouw kan projecteren. Op die manier kunnen er als het ware hele nieuwe ruimten, ontmoetings- en activiteitenplekken ontstaan. Het project is nog niet afgerond, maar in Casco zijn wel al de tekeningen en architecturale modellen te bezichtigen.

Respect voor huishoudelijk werkers
Eén van de meest opvallende onderdelen van The Grand Domestic Revolution is de samenwerking tussen kunstenaars en (illegale) huishoudelijk werkers die verenigd zijn bij FNV-bondgenoten. Op 17 september 2011 gingen huishoudelijk medewerkers en kunstenaars gezamenlijk de straat op om de onzichtbare groep huishoudelijk werkers een zichtbare identiteit te geven. Ze gebruikten daarvoor de reverse graffiti techniek. Op vuile trottoirs en gebouwen werden met water esthetische afbeeldingen van de werkers gespoten. Deze kunstwerken zijn in het echt te zien op de Nijverheidsweg in Utrecht. De gebruikte sjablonen hangen in Casco.
Kunstenaar Matthijs de Bruijne maakte voor de tentoonstelling samen met huishoudelijk werkers de film I will not ak anything about you, you will not ask anything about me. Dit bijzondere schaduwspel belicht de strijd van huishoudelijk werkers voor erkenning van hun werk en voor betere arbeidsvoorwaarden.


The Grand Domestic Revolution biedt ruimte aan een breed scala van kunstvormen en bewijst dat maatschappelijke betrokkenheid en esthetiek prima samen gaan. Casco geeft geen oplossingen, maar motiveert met de tentoonstelling wel om na te denken over onze huidige fysieke omgeving. Vinden we dat die nog voldoet? Wellicht is het tijd om op grotere schaal te experimenteren met alternatieve omgevingen: domeinen die inspelen op de steeds verder vervagende grens tussen het publieke en private en die zowel het individu als de gemeenschap recht doen. The Grand Domestic Revolution mag wederom een vervolg krijgen.