Recensie

Kracht = talent – naïviteit

De man zonder ziekte, de nieuwste roman van Arnon Grunberg, gaat over het schemergebied tussen naïviteit en wegkijken. Om dit gebied te verkennen laat Grunberg zijn hoofdpersoon, een jonge architect, naar Bagdad en Dubai reizen om daar respectievelijk een operagebouw en een bibliotheek te realiseren. Een vakantieleestip.

Hoofdpersoon van de roman is de jonge Samarenda (Sam) Ambani, Zwitsers staatsburger en architect van beroep. Sam woont nog thuis bij zijn moeder en zijn gehandicapte zusje, en gaat met een heel net vriendinnetje. Samen met zijn compagnon Dave Luscombe, een Australiër die als uitwisselingsstudent naar Zwitserland kwam, heeft hij een klein architectenbureau in Zürich.
De man zonder ziekte is een typische Grunberg roman: geestige dialogen, rake observaties en iets te karikaturale personages. Voor dit boek heeft Grunberg, zo blijkt uit de verantwoording, onder meer gesprekken gevoerd met Rem Koolhaas (OMA), Thomas Dieben (denieuwegeneratie) en Merijn Poolman (architect bij Zwarts Jansma). Samarenda Ambani heeft dan ook een aantal karaktertrekjes die – en nu generaliseer en chargeer ik natuurlijk – architect-eigen zijn. Zo is Sam ziekelijk perfectionistisch (een ontwerp is nooit af) en onrealistisch ambitieus (zijn leermeester kreeg de Pritzerprijs op zijn 65ste, hij wil hem minstens tien jaar eerder ontvangen). Sam is hevig teleurgesteld als een extra betekenislaag in een ontwerp niet door de opdrachtgever wordt gelezen en hij de humor in zijn ontwerp niet begrijpt. De jonge architect is er van overtuigd dat zijn ontwerpen tot een betere wereld zullen leiden en om ze te kunnen realiseren bezit hij een hoge dosis pragmatisme, zo kijkt Sam letterlijk en figuurlijk weg van de slavernij-achtige arbeidsomstandigheden in Dubai.
Zoals in veel andere romans van Grunberg verhoudt de hoofdpersoon zich moeizaam tot anderen. In zijn eigen perceptie is Sam in existentie neutraal en adequaat; twee eigenschappen die zich moeizaam laten combineren. Daarnaast is Sam behept met een misplaatst altruïsme. Deze levenshouding kan niet anders dan verkeerd uitpakken voor zijn naaste omgeving en uiteindelijk ook voor de hoofdpersoon zelf.

Sam ziet zichzelf als een toegewijd en dienend architect die vanuit allerlei perspectieven de wereld beziet en zich moeiteloos verplaatst in al zijn opdrachtgevers. In het eerste deel van de roman heeft hij een missie. Hij gaat de droom van zijn opdrachtgever waar maken en doen wat Frank Lloyd Wright niet gelukt is, een opera bouwen in Bagdad. Op uitnodiging van het World Wide Design Consortium vertrekt Sam naar Irak waar hij als een van de finalisten van een ontwerpprijsvraag zijn voorstel zal presenteren aan Hamid Shahir Mahmoud, de baas van het in Londen gevestigde WWDC en initiator van het project. Sams grootste wapenfeit tot dan toe is een boeddhistisch ontmoetingscentrum in Winterthur. In Bagdad aangekomen blijkt hij de enige aanwezige finalist te zijn. Sam is dé architect zoals zijn beveiliger Hassan hem consequent blijft noemen en niet een architect zoals Sam hem voorhoudt. Door een samenloop van omstandigheden wordt de architect opgesloten in een bunker op verdenking van spionage. Na wat angstige en ongemakkelijke weken mag hij uiteindelijk terugkeren naar Zwitserland.

Enkele sporthallen en nog een spiritueel centrum verder, worden Sam en Dave in het tweede deel van de roman gevraagd om de Nationale Bibliotheek in Dubai ontwerpen. Een opdracht die hen is toegeschoven door de beroemde Zwitserse architect Max Fehmer bij wie Sam een tijdje heeft gewerkt. Fehmer & Geverelli hebben namelijk te veel werk om deze opdracht erbij te kunnen doen. Hoe ongeloofwaardige dit ook klinkt, in De man zonder ziekte wordt deze reden zonder een gefronste wenkbrauw aanvaard. De slogan van de mediacampagne die het project ondersteunt luidt: ‘Dubai Redt Het Boek’. De opdrachtgever, de sjeik van Dubai, wenst dan ook meer dan een gewone nationale bibliotheek; van alle boeken in de wereld moet één exemplaar in zijn bibliotheek komen te staan. De afgeleide opdrachtgever voor de architecten is de Dubai Engineering Authority waar de directe contactpersonen nooit lang hun baan lijken te houden. Ondanks zijn ervaring in Irak vertrekt Sam zelfverzekerd naar Dubai voor overleg. Hij stelt zijn moeder gerust met de woorden: “Waar geld problemen kan oplossen, bestaat geen werkelijk gevaar, mamma. Dat weet je toch?” Toch loopt het anders af voor Samarendra Ambani. Na een ongeluk wordt hij opgepakt en ‘ontmaskerd’ als Mossad-agent. Terwijl de architect in een cel in Dubai zit te wachten op zijn onontkoombare lot, doodt hij de tijd met het perfectioneren van het ontwerp voor de opera in Bagdad en denkt hij aan de vergelijking die zijn leermeester ooit maakt: k=t-n. De kracht van een architect is zijn talent minus zijn naïviteit.

Is dit te ongeloofwaardig voor u? Onlangs publiceerde Architectenweb berichten over een aantal Nederlandse architecten die benaderd waren voor een opdracht in een ander schimmig land, China. De architect mocht kiezen, wilde hij een woningbouwproject ontwerpen, of toch liever kantoren en winkels? Het honorarium dat de onbekende opdrachtgever in het vooruitzicht stelde was royaal, voor het woningbouwproject zelfs twee keer zo hoog als gebruikelijk is in China, en een deel zou zelfs vooruit worden betaald. Een enkeling greep deze unieke kans en nam het vliegtuig naar China. Het bevreemdde hen wel dat ze moesten opdraaien voor hoge lunchrekeningen en dure cadeaus moesten aanschaffen voor overheidsfunctionarissen. Uiteindelijk bleek dat de architecten te maken hadden met een frauduleuze opdrachtgever. Anders dan Samarenda Ambani kwamen zij, euro’s en illusies armer, er met de schrik vanaf.

De man zonder ziekte is niet Grunbergs beste boek, daarvoor maakt de hoofdpersoon te weinig ontwikkeling door. Ook zijn er een aantal losse eindjes die de ene lezer waarschijnlijk meer zullen storen dan de andere. Maar De man zonder ziekte is bij lange na ook niet Grunbergs slechtste roman. Dus als u het boek ziet liggen bij vrienden of op uw vakantieadres, pak het op en lees het, ter lering en (vooral) vermaak.