Recensie

Grenzen

Begin december 2013 opende in China de vijfde editie van de Bi-City Biennale of UrbanismArchitecture, respectievelijk in Shenzhen en in Hong Kong, met als overkoepelend thema ‘urban border’. Het gaat hier niet alleen om fysieke grenzen, zoals de grens tussen beide steden, maar ook om niet-fysieke grenzen die het leven in een stad bepalen, bijvoorbeeld culturele grenzen.

Border Warehouse. Marginal Living: 100 million square meter housing on the edge / Tianhua en Tongji University – foto auteur

Waarschuwing: Wie vorige week maandag deel één over de Bi-City Biennale heeft gelezen ervaart in deze eerste alinea mogelijk een déjà vu. De Bi-City Biennale vindt plaats aan weerszijden van de ‘one country, two systems’-grens tussen Hong Kong en China met grensstad Shenzhen. De organisatie van de Bi-City Biennale koos een gemeenschappelijk thema voor beide biënnales om deze niet alleen in naam maar ook inhoudelijk dichter tot elkaar te brengen en de dialoog tussen beide ‘culturen’ te bevorderen. Deze verbroederende hoofddoelstelling blijkt niet eenvoudig. Daarnaast is de Shenzhen-biënnale ook nog een keer  zowel fysiek als organisatorisch opgesplitst in twee delen: het ‘Border Warehouse’ met academisch directeuren Li Xiangning en Jeffrey Johnson en de ‘Value Factory’ met creatief directeur Ole Bouman waarover 27 januari een recensie verscheen.

Border Warehouse. Drukte tijdens de openingsdagen – foto auteur

Het Border Warehouse, dat evenals de Hong Kong Biënnale het centrale thema urban border volgt, is een uit 1984 daterend 4.000 vierkante meter groot pakhuis dat als douanedepot onderdeel uitmaakte van de Shekou Ferry Terminal, een nog steeds functionerende veerverbinding naar Chep Lap Kok, Hong Kong, Macau en Zhuhai. De tentoonstelling bestaat uit  een bonte verzameling van meer dan honderd verschillende presentaties, variërend van academisch studentenwerk tot professionele bureaupresentaties.
Naar ‘goed’ Chinees gebruik blijkt het te gaan om vrije inzendingen. Er is voor dit deel van de biënnale namelijk naast enkele genodigden ook een ‘call for contributions’ geweest waarbij ‘overige geïnteresseerden’ hun werk konden opsturen. Het lijkt erop dat de curatoren weinig kritisch zijn geweest in hun selectie. Volgens hen is de tentoonstelling een “documentary through multiple historical readings of cities”.
Niet alle inzendingen volgen het thema ‘borders’. De inzendingen die dat wel doen interpreteren het thema zeer ruim. Een enkele inzending is gedateerd of enigszins misplaatst. Ook is een flink deel van de projecten via verschillende instanties naar voren geschoven als zelf- of landpromotie.

Border Warehouse. Nanjing Zendai Thumb Plaza’, een plan van Ma Yansong (MAD) – foto auteur

Een opmerkelijke bijdrage is het bekende onderzoeksproject Shrinking Cities uit 2004, waarvan de originele Duitse publicatie nu in het Chinees verkrijgbaar is. Mogelijk dat de leegstandsproblemen in de onderzochte steden ook voor China relevant zijn, want ook hier staan er stadsdelen leeg, maar dan als gevolg van speculatie, in plaats van een slinkend inwoneraantal.
Een zeer dominante bijdrage is een enorme maquette van het ‘Nanjing Zendai Thumb Plaza’, een plan van Ma Yansong (MAD) voor een 600,000 vierkante meter tellend gemixt stedelijk programma in hoge dichtheid. Het complex met de voor Ma kenmerkende curves suggereert een versmelting tussen een hectisch zakencentrum en een romantisch Chinees berglandschap. Ma refereert aan de grens tussen stad en land en aan de grenzen van het bouwen met golvende gevels die opgaan in de mist. Het project moet in 2017 daadwerkelijk gerealiseerd zijn.
In de woorden van de curatoren is het Border Warehouse een “cultural knowledge bank”. Dit heeft een iets te letterlijk invulling gekregen. In de overkill aan informatie zonder rode draad is voor iedereen wel iets interessants te vinden. Kortom, een vermoeiende ervaring, die versterkt wordt door het veelal ontbreken van achtergrondinformatie, of gebrekkige vertalingen.

Border Warehouse. CSA farming overbrugt grens stad en platteland – Tsinghua University Beijing i.s.m. Little Donkey Farm en Shared Harvest Farm – foto auteur

Tijdens de openingsdagen en daarna vonden verschillende debatten en lezingen plaats. Het opmerkelijke was dat (ruw gesteld) Chinese participanten voor een Chinees publiek presenteerden (want er was geen vertaling) en niet-Chinesen voor een internationaal publiek in het Engels waarbij eveneens dikwijls werd ‘vergeten’ om in Chinese vertaling te voorzien. Iedereen was zo afhankelijk van zijn of haar eigen talenkennis of persoonlijke tolk, wat het debat en de culturele dialoog bepaald geen goed deed.
Behalve taalkundig leek men ook cultureel behoorlijk ‘lost in translation’. Veel van de getoonde projecten sloten – los van het thema – niet of nauwelijks aan op de Chinese context. Zelfs over Shenzhens grenslocatie en complexiteiten die dat oproept werd nauwelijks gesproken. De meeste bijdragen waren sowieso niet op het scherpst van de snede. Daarvoor kon men beter naar Hong Kong gaan, waar meer rebellie te vinden is. De Hong Kong Biënnale reflecteerde op de thematiek met als titel “Beyond the Urban Edge: The Ideal City?”

Hoofdcurator Colin Fournier heeft samen met zijn team hier eveneens een oude nog in gebruik zijnde veerpontterminal als locatie en ook een industrieel complex dat in dit geval al jaren bewoond wordt door kunstenaars en activisten. Omdat deze culturele enclave in Kwun Tong opgedoekt dreigt te worden ten gunste van vastgoedontwikkeling (East Kowloon CBD) gebruikten opgetrommelde verontruste buurtbewoners het openingsfeest op 11 december als aanleiding om hun ongenoegens te uitten, een mogelijkheid tot expressie die aan de Chinese zijde van de grens nog steeds enigszins beperkt is.

Border Warehouse. Medical Boundary – case studies door een groep Franse studenten in Guangzhou – foto auteur

Deze biënnale lijkt op monologen in plaats van een dialoog; met enerzijds buitenlandse participanten op zoek naar werk en anderzijds Chinese participanten zoekend naar een eigen discours. Bovenop een heuvel net naast de Shenzhen-biënnale staat een vergeten standbeeld, enigszins verscholen in het groen. Het is Lin Ze Xu, de eerste Chinees die bijna twee eeuwen geleden weerstand bood tegen de opiumimport door Groot-Brittannië, een verloren strijd zo bleek later. De ruimtelijke erfenis van de Europese hegemonie die volgde is een aantal ‘concessies’ in verschillende havensteden met een architectuur en stedenbouwkundige opzet die vandaag de dag nog steeds zeer gewaardeerd wordt door iedereen.

Opnieuw is er een strijd om toegang tot de Chinese markt. Verschillende nieuwe vormen van internationale kruisbestuiving dienen zich aan, maar zijn dit keer moeilijker te realiseren. De rollen zijn nu omgedraaid. China kiest dit keer zelf. Hoe kan de (internationale) vakgemeenschap lokale ontwikkelaars en politici verleiden tot betere verstedelijkingsmodellen? Dat zou een goed thema zijn voor een volgende biënnale, als we daar tenminste nog twee jaar op kunnen wachten want de bouwmachine dendert voort.

Biënnale locaties Shenzhen