Ik ben een aartsconservatief, of een romanticus, of allebei. Pieter Waijer over zijn geboortedorp Loppersum dat als gevolg van de gasbevingen ingrijpend verandert.
Als je het dorp Loppersum uit het westen nadert, over de bochtige Stedumerweg, dan valt als eerste de rij knalgele verkeersborden tussen de weg en het water op. Omleiding. Werkverkeer. Volg A als je wilt blijven, volg B als je nooit meer terug wilt komen. Het zijn tekenen van de grote bouwwoede die er sinds een aantal jaren heerst, of beter gezegd, van de pogingen tot herstel en behoud van het dorp. Want sinds een tijdje gaat het niet zo goed met Loppersum. Sinds het eind van de jaren ‘80 volgden de gasbevingen elkaar met enige regelmaat op. Veel huizen liepen lichte schade op, een enkel gebouw raakte zwaar ontwricht. Erger is de onrust en onzekerheid voor de bewoners. Want het einde is niet in zicht.
Ik ben een aartsconservatief, of een romanticus, of allebei. Sinds ik het dorp verliet, op mijn negentiende, wil ik de tijd er stilzetten. Bij elke wandeling in het dorp vat ik weer het plan op om alle huizen in alle straten te fotograferen. Van de statige rentenierswoningen aan de Stationslaan en de Molenweg tot aan de bejaardenwoninkjes aan de Fruitlaan. Alles moet vastgelegd. Maar als ik er aan denk hoeveel tijd zo’n project kost, en dat ik een tweederangs fotograaf ben, dan laat ik het plan al snel weer varen. Tijdens een volgende wandeling speel ik echter weer met precies hetzelfde idee. Waarom? Ik weet het niet. Ik herken vrijwel iedereen op straat in Loppersum, maar ken er, buiten mijn familie, niemand echt goed. Ik wil er doodgaan, maar ik wil er niet leven. En terwijl ik maar niet kan besluiten hoe en of ik de herinneringen aan mijn dorp vast wil leggen gaat de tijd voorbij en brengt hij onvoorziene stormen met zich mee.
Gasbeving is een vreemd woord en een vreemd idee in ons modderige laagland. Gas stroomt als water, als lucht. Modder beeft niet, maar schuift of scheurt hooguit. En toch gebeurt het: door het jarenlang onttrekken van gas uit het Slochterveld daalt de bodem, als een schoteltje, maar dan een hele grote, en langs de randen vinden heuse bevingen plaats. En het is niet de aarde die scheurt of kraakt, maar het zijn de huizen en gebouwen waarin de natuurkrachten zichtbaar worden. De zwaarste beving had een kracht van 3,6 op de schaal van Richter en vond plaats in 2012. Zelf heb ik het één keer gevoeld, of beter, gezien. De lelijke staande lamp in de huiskamer van mijn ouders begon te wankelen. Het voelde alsof er een zware vrachtwagen langs het huis reed. De lamp hervond zijn evenwicht. Helaas.
Het is januari 2016. Overal in het dorp staan huizen met zonnepanelen op het dak. De kans is groot dat dit het resultaat is van bevingsschade. Naast reparatie van de schade biedt de NAM aan de woningen te verduurzamen ter waarde van € 4000,-. Dit komt neer op pakweg 12 zonnepanelen, montage inbegrepen. Een goede zaak, ware het niet dat het er vaak erg lelijk uitziet.
De openbare en de christelijke basisschool hebben een tijdelijk onderkomen gekregen bij de sportvelden aan de Bosweg, tot er besloten is of en hoe de bestaande schoolgebouwen versterkt gaan worden.
De voormalige pastorie aan de Kruisweg is voor een klein kapitaal verstevigd met een staalconstructie aan de binnenzijde. Een proefproject geboren uit nood. De bewoonster wilde niet weg. Het huis herbergt de herinneringen aan haar inmiddels overleden man.
Ruim veertig woningen uit de jaren ’70, waaronder die van mijn jeugdvriend Frank, het huis waar wij met een matras van de zoldertrap gleden, gaan plat. Versterking is niet de moeite waard. De bewoners strijden ervoor om tegelijkertijd, en niet gefaseerd, naar hun tijdelijke woningen op een andere locatie te verhuizen. Een gezamenlijk vijand verbroedert.
Een deel van de sociale woningbouwwoningen aan de Sjuxumerweg heeft een nieuwe, extra stevige buitenschil gekregen. De huizen zien er licht gezwollen uit, alsof ze hun adem inhouden.
In het hele dorp zijn gemetselde schoorstenen preventief vervangen door stalen hulzen met steenstrips. Er is keus uit 9 kleuren. De ene keer lijkt het beter dan de andere, maar je ziet het altijd.
Aannemers beleven gouden tijden. Bewoners houden hun hart vast, of verzetten zich. En ik, ik zou willen dat ik 15 jaar geleden, bij mijn vertrek uit het dorp, een grote glazen stolp had gehad om over mijn herinneringen heen te zetten. Als ik nu door het dorp loop denk ik, op z’n Gronings: fraai is anders.