In de antichambres van het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel is op dit moment de eigenzinnige tentoonstelling ‘Everything Architecture’, te zien over het werk van architectenbureau OFFICE Kersten Geers David Van Severen. Het architectenbureau staat bekend om haar idiosyncratische architectuur waarin duidelijke intenties en radicale voorstellen centraal staan.
Het Brusselse architectenbureau OFFICE KGDVS werd in 2002 opgericht door Kersten Geers (1975) en David Van Severen (1978). Sinds de oprichting heeft OFFICE KGDVS de reputatie verworven als een van de meest succesvolle bureaus in België en wordt het wereldwijd beschouwd als een van de werkelijk originele stemmen in de hedendaagse architectuur, zo valt in het persdossier van de tentoonstelling te lezen.
Het bijzondere aan het werk van OFFICE KGDVS is het vermogen om te formuleren waar het project in essentie over gaat en dit om te zetten in een strikt kader dat ogenschijnlijk door radicale eenvoud gekenmerkt wordt. De complexiteit van de projecten toont zich in vele gradaties, maar blijft door de heldere uitgangspunten controleerbaar. Van collage tot realisatie zijn de ideeën krachtig genoeg om alle fasen succesvol te doorstaan. Het proces doet er volgens het architectenbureau dan ook niet toe. De unieke schoonheid van het werk ligt in de combinatie van de artistieke verbeelding van een intentie en de radicale organisatie van een programma.
OFFICE KGDVS weet dit sterk door te zetten in hun communicatie. De website van het architectenbureau toont elk project afzonderlijk, waarbij het beeld uit twee delen bestaat. Ieder project wordt getoond met collages aan de linkerzijde en tekeningen aan de rechterzijde. Het gerealiseerde werk kent dezelfde opzet, waarbij de collages door foto’s van fotograaf Bas Princen zijn vervangen. Kenmerkend aan OFFICE KGDVS is de haast maniakale wijze waarop ze hun projecten ontwikkelen, hun communicatie strikt controleren en een messcherpe scheiding maken tussen wat – volgens hen – wel en niet tot de kern van architectuur behoort. De tentoonstelling ‘Everything Architecture’ vormt hierop geen uitzondering.
‘Everything Architecture’ is te zien in een kenmerkend gedeelte van het door Victor Horta ontworpen Paleis voor Schone Kunsten: de antichambres. De geometrische opzet van de ruimten dicteert de opzet en de beleving van de tentoonstelling. In een strikt geordend veld van maquettes, dat zich het best laat omschrijven als een universum met concentrische cirkels, wordt binnen de grenzen van de antichambres een selectie van werken getoond. In minder dan vijftien jaar heeft OFFICE KGDVS meer dan 200 projecten geproduceerd, waarvan er circa 65 op de tentoonstelling getoond worden. De projecten uit de begintijd zijn in het centrum gepositioneerd. De selectie verspreidt zich als een oerknal door de drie antichambres. De maquettes zijn in ‘jaarringen’ uitgezet en gaan door de concentrische opstelling een intrigerende relatie aan met de orthogonale richtingen van de antichambres. Deze relatie wordt nog verder versterkt door de specifieke positionering en keuze van de door het architecturenbureau uitgekozen kunstwerken.
Het tentoongestelde werk is slechts voorzien van een projectnummer of een code. In een bezoekersgids vindt men een verdere toelichting. De inhoud van de bezoekersgids is essentieel om de tentoonstelling te doorgronden. De tekening van de tentoonstellingsplattegrond toont de radicale organisatie van de tentoonstelling en daarmee de essentie van hun houding.
Behalve de maquettes is er in de tentoonstelling werk van fotografen als Bas Princen en Stefano Graziani te zien. Zij verrijken de tentoonstelling met foto’s van gebouwen van Robert Venturi, James Stirling, Adolf Loos en Andrea Palladio. Maar met name de aanwezigheid van werken van kunstenaars die volgens OFFICE KGDVS een sleutelrol hebben gespeeld in hun referentiekader, maakt een bezoek aan deze tentoonstelling tot een overweldigende beleving. Door de aanwezigheid van het groot aantal kunstwerken kiest het architectenbureau ervoor te communiceren dat kunst hun belangrijkste inspiratiebron is. Het valt op hoe deze relatie soms letterlijk is en andere keren juist vrij interpretabel is.
Vanuit de ‘rotonda’ heeft men direct zicht op kunstwerken als ‘Zig-zag Zigzag’, ‘Memoires van een vergeetal’ en ‘Het Glazen’ van René Daniëls. Een aantal ruimtelijke werken, zoals een marmeren beeld van Valérie Mannaerts, de objecten van Manfred Pernice, Rita McBride en Koenraad Dedobbeleer zijn in dezelfde concentrische cirkels als de maquettes opgenomen. Bijzonder daarbij is dat de kunstwerken niet alleen een relatie aangaan met de maquettes, maar ook door de overeenkomstige vormentaal en materialisatie met de antichambres zelf.
De tentoonstelling ‘Everything Architecture’ is als een project opgebouwd en wordt op nagenoeg gelijke wijze als de projecten op de website van OFFICE KGDVS gepresenteerd. De ééndimensionale collages of foto’s zijn in de tentoonstelling vervangen door driedimensionale, samengestelde perspectieven van maquettes en werken van kunstenaars. Waar de collage heel direct bepaalt wat de toeschouwer mag zien, biedt de constellatie van maquettes en kunstwerken meer gelegenheid tot interpretatie. Hoewel de collages eendimensionaal zijn, hebben ze een sterke gelaagdheid en zijn ze vol van betekenis, al laten ze maar een aantal specifieke elementen zien. De maquettes daarentegen zijn driedimensionaal, vrij en van verschillende kanten te zien, maar tonen opmerkelijk genoeg veel minder sterk waar het project over gaat. Door de kunstwerken wordt een soortgelijke gelaagdheid als bij de collages gecreëerd.
Hoewel de tentoonstelling in eerste instantie heel divers lijkt, dringt bij nadere beschouwing het besef door dat het architectenbureau zich zeer beperkt heeft in wat het laat zien. De tentoonstelling toont naast de maquettes enkel het referentiekader en de inspiratie die zij van belang achten. Het is wat Kersten Geers en David Van Severen naar buiten willen brengen als ‘Everything’. Welkom in hun universum.