Interview

Nepal en Nagorno-Karabach: kruiwagens, duurzaamheid en hobbelwegen

Met de huidige technologie is het een stuk eenvoudiger dan voorheen om als klein bureau opdrachten in een ver buitenland aan te nemen. Christian Müller van architectenbureau gutundgut heeft een project in Nepal en Nagorno-Karabach. Hoe is hij in deze gebieden verzeild geraakt en waar moet je allemaal rekening mee houden als westerse architect in een vreemde omgeving?

Vajra Eco Resort in Nepal – © foto gutundgut

Na 15 jaar zelfstandig te hebben gewerkt, is Christian Müller sinds 2013 partner bij gutundgut. Met zijn twee andere partners, die werkzaam zijn geweest in toerismemarketing en hotelmanagement, focust gutundgut zich op ‘placemaking’: een multidimensionale aanpak bij het ontwerpen, denken en werken. Voor gutundgut is deze aanpak een combinatie van architectuur, toerisme, cultuur en communicatie. Het team waarmee ze werken is divers en bestaat uit onder andere een arts, een bergklimmer, een stewardess, een boer en een kok. Deze associates worden betrokken bij het denk- en ontwerpproces. Hierdoor worden vanaf het begin van het proces  diverse componenten ingebracht, waardoor een project meer wordt dan alleen een gebouw.

Deze multidisciplinaire aanpak maakt ook dat de voorgestelde aanpak overtuigender gecommuniceerd kan worden naar de opdrachtgever. De nieuwste associate is mountainbiker Darco Cazin, hij heeft een bedrijf dat mountainbikeroutes ontwerpt en aanlegt in afgelegen gebieden. Cazin ziet, al maanden voordat men zoekt naar architecten, waar er vraag is naar nieuwe infrastructuur voor toerisme en waar locaties ontwikkelt kunnen worden. Cazin weet hoe hij goede trails moet maken, maar is minder bekend met hoe hij mensen daar naartoe krijgt. Gutundgut kan zijn kennis over marketing en toerisme aanwenden om er voor te zorgen dat meer mensen zijn routes gaan bezoeken. ‘Je moet dus laten zien dat jij hen nodig hebt en zij jou,’ aldus Müller. Maar hoe vindt je zo’n associate? Gutundgut organiseert onder andere muziekfestivals en toerismekampen om nieuwe interessante mensen uit diverse vakgebieden te ontmoeten en aan elkaar te koppelen. Door deze andere context toon je het karakter van je bureau en promoot je beter dan een CV ooit zou kunnen, stelt Müller. Je netwerk en je manier van onderscheiden is belangrijk.

Hoe komt een in Nederland gevestigde architect op zo’n afgelegen bestemming als Nepal? Nepal is een dunbevolkt berggebied tussen India en China en bevat ongeveer 150 000 vierkante kilometer land met 32 miljoen inwoners. Het merendeel van het land is hindoeïstisch, landbouw is de voornaamste inkomstenbron en 25 % van de bevolking leeft onder de armoedegrens. Müller geeft aan altijd bezig te zijn met acquisitie en als hij ergens is, maakt niet uit waar of voor welke reden, dan neemt hij contact op met de lokale universiteit en de Nederlandse ambassade of consulaat in dat land. Deze instanties werken als kruiwagens, ingangen naar de lokale bevolking. Hij laat bijvoorbeeld bij de universiteit weten dat hij een lezing wil geven om kennis uit te wisselen en zijn netwerk te vergroten. Deze personen hebben vaak weinig mogelijkheden voor internationale uitwisselingen, waardoor ze graag op dit aanbod ingaan. Het is ook mogelijk het netwerk van de Nederlandse ambassade te gebruiken door daar te vragen of ze mensen in hun netwerk hebben die opzoek zijn naar een architect. Toen Müller in Nepal een lezing gaf, zat er toevallig een lokale projectontwikkelaar in de zaal. Hij vroeg naderhand of Müller een second opinion kon geven over een resort dat hij wilde ontwikkelen, waarna hun samenwerking begon.

Start van de bouw met traditionele technieken –  © foto gutundgut

Waar moet je allemaal rekening mee moet houden bij het ontwerpen en bouwen in een land dat vanuit een klimatologisch en cultureel oogpunt zo verschilt van Nederland? Net als in Nederland moet je onderzoek doen naar de locatie, de context, de bewoners en de stakeholders, vertelt Müller, alleen iets breder en diepgaander omdat je de cultuur niet kent. In Nepal had de projectontwikkelaar al drie lokale adviseurs ingehuurd waar Müller ook gebruik van maakte. Het belangrijkste punt volgens Müller is dat je rekening moet houden met de lokale mensen en wat zij allemaal kunnen. Het Vajra eco-resort, dat het uiteindelijke resultaat was van de samenwerking, is dan ook niet alleen duurzaam in de zin van milieuvriendelijk en energiezuinig, maar ook in de zin van lange termijn. In een land als Nepal, waar hoge werkloosheid bestaat en velen onder de armoedegrens leven, wilt Müller kansen geven aan de lokale mensen. Daarnaast moet je beperken tot wat voorhanden is. Het resort moest in Tatopani komen, vlak bij de grens met Tibet, wat betekende dat het erg afgelegen ligt. Müller heeft bij het resort een moestuin laten aanleggen, een bos aangeplant voor het stoken van hout en met een boer afspraken gemaakt over de levering van voedsel aan het resort. Er is ook een medisch centrum, een windturbine en een waterkrachtcentrale voor het dorp gebouwd. Zo los je een aantal potentiële problemen zoals voedsel- en brandstoftoevoer ter plaatse op en heeft het resort meer kans te om een succes te worden.

Soms is het ook nodig dat je ingaat tegen de wens van de opdrachtgever. In dit geval wenste hij eerst een typisch Europees gebouw. Het importeren van bouwmaterialen uit verre landen zou echter lang duren en veel geld kosten. Lokale bouwmaterialen waren een duurzamere keuze, ook met het oog op onderhoud. Toch duurde het even voor Müller de opdrachtgever had overtuigd dat een Europees ogend gebouw van glas en staal in Tatopani niet zou werken. In Tatopani gebruiken ze ter plaatse zongedroogde bakstenen en werken ze veel met riet. ‘Zoiets moet je ook als architect kunnen accepteren: je moet je kunnen aanpassen en inzien dat onze westerse insteek en denken over architectuur niet overal werkt’, aldus Müller. Volgens Müller moet je dus niet al te gekke dingen doen met je ontwerp; het beste is als het aansluit bij het klimaat en de lokale tradities. Je moet bereid zijn om dingen uit handen te geven en lokale mensen de ruimte bieden het ontwerp aan te vullen. Müller vertelt  dat hij altijd heel weinig details tekent en dit overlaat het lokale vakmanschap. Zo krijg je een unieke combinatie van westerse ontwerp met een lokale uitvoering. Het resultaat is een complex dat zich onderscheid en inspireert.

Voorbeeld van lokale uitvoering door het openlaten van de details – © foto gutundgut

Ieder project in het buitenland vraagt om een unieke benadering, ook wat financiering betreft en in Nepal bleek dit niet anders. In Tatopani werd iedere dorpeling die meehielp aan het bouwen van het resort mede-eigenaar door de uitgifte van aandelen. Op korte termijn hebben de lokale inwoners dan werk en op lange termijn blijven ze betrokken bij het resort. Er werd een corporatieve bankrekening voor het dorp geopend, zodat de dorpelingen samen een betere toekomst kunnen creëren. Voor het slagen van het resort is het belangrijk dat de lokale mensen betrokken blijven en het project onderhouden.

Alhoewel de cultuur voor weinig obstakels zorgt, mits je de mensen en hun gebruiken met respect behandelt, is corruptie wel altijd aanwezig in dit soort landen. Müller raadt aan duidelijk je je eigen grenzen te stellen  en je daar aan te houden. In zijn geval probeerde hij corruptie  niet te steunen of te stimuleren, maar hij probeerde ook niet om hun manier van zakendoen te veranderen. Naar eigen zeggen had hij in Nepal niets te maken met corruptie doordat hij niet direct betrokken was bij grote geldstromen.

Op de vraag of zulke projecten zoals in Nepal economisch rendabel zijn, antwoordt Müller: ‘Het is niet rendabel om zo een bureau te runnen. Je kunt er van leven, maar als je uitsluitend dit soort projecten zou hebben, dan kom je nergens.’ Dit soort projecten zijn meer een uitdaging die je moet willen aanpakken en wanneer je hierin slaagt kan dit tot nieuwe projecten leiden. Je moet dit in een langer perspectief plaatsen. Het eco-village, dat gutundgut in Nagorno-Karabach heeft ontworpen, is hier een voorbeeld van. Het is een gebied met een oppervlakte van ongeveer 4,400 vierkante kilometer, dat formeel tot Azerbeidzjan behoort. Momenteel is Nagorno-Karabach de facto een onafhankelijk gebied, maar zonder internationale erkenning. Het merendeel van de ongeveer 150.000 inwoners is  van Armeense afkomst. In de jaren 1988-1994 woedde er een hevige onafhankelijkheidsstrijd tussen Azerbeidzjan en Nagorno-Karabach, een strijd waarin Armenië Nagorno-Karabach steunde. In 1994 werd er een wapenstilstand overeen gekomen. Sinds die tijd onderhandelen Armenië en Azerbeidzjan over de toekomstige status van het gebied, een situatie die tot op heden voortduurt. Vanwege hun project in Nepal kwam gutundgut op een longlist van zeventig architectenbureaus die benaderd werden door een filantroop om een voorstel te maken voor een resort. Müllers bureau bood geen mooie gebouwen aan, maar een plan van aanpak. Ze kwamen met holistisch voorstel en werkten uit waar het voedsel en de energie vandaan zou komen en welke soort toeristen hierop af zouden komen, waarop de opdrachtgever direct met hen in zee ging. Er was maar weinig infrastructuur, dus de eerste stap van het project zou het realiseren van een praktijkschool zijn, waar de lokale bevolking het hotelvak, landbouwmethodes en de Engelse taal kan leren.

Vajra Eco Resort © foto gutundgut

Uiteindelijk zou het een eco-village worden dat toerisme, cultuur, landbouw, duurzaamheid en educatie op een hoog niveau combineert tot een gebied dat gezien kan worden als een voorloper van economische ontwikkeling. gutundgut wilde naast de praktijkschool ook een boerderij bouwen, voorzien van de allernieuwste apparatuur. Het eco-village moet een showcase worden van de vooraanstaande technologie en vormt daarmee een tegenstelling met het project in Nepal. In Nepal moest ontwikkeling stapje voor stapje komen en met dit project probeert Müller Nagorno-Karabach een aantal stappen over te laten slaan. Dit had als gevolg dat Müller met regering en reisorganisaties aan tafel heeft gezeten om het land toeristisch op de kaart te zetten en ze wees op de interessante toeristische pijlers zoals een uiterst schone lucht en geen pesticide in de landbouw. De regio is nog altijd onstabiel; Müller realiseert zich dat het bijdragen aan een betere leefomgeving ambitieus is. ‘gutundgut is klein en wij kunnen de wereld niet veranderen, maar wij kunnen wel incidenteel een aantal mensen helpen. Als wij nu de landbouw en het onderwijs op een hoger niveau kunnen tillen door deze nieuwe technologieën te introduceren, dan kunnen zij daar op voortborduren en zijn ze in mindere mate afhankelijk van derden. Door deze constructie is de investering vooraf ietsje groter, maar op lange termijn veel interessanter.’

Screenshot van de foto’s bij het project van het eco-village in Nagorno-Karabach

Het definitieve ontwerp is af en de financiering is rond: de investering komt van een stichting uit het internationale netwerk van de opdrachtgever. ‘Geld is niet het probleem met dit soort projecten, het probleem is een weg te vinden tussen te hoge ambities en pragmatisme. Als je iets wil bereiken op lange termijn moet je met de overheden en diverse belanghebbenden samen werken’, stelt Müller. Corruptie lijkt dan weer in beeld te komen, maar Müller geeft aan dat wat betreft de opdracht en hun werkzaamheden er geen sprake van corruptie was. Net als in Nepal hield hij zich op afstand. In april 2016 escaleerde de situatie in de regio, met gewapende conflicten over en weer, waardoor de bouw van het eco-village werd uitgesteld. Op de vraag of hij zo’n soort project in de toekomst weer zou doen, antwoordt Müller: ‘Ik zou het direct weer doen. 14 keer was ik de afgelopen twee jaar in de Kaukasus en het was een geweldige tijd waarin ik veel interessante mensen heb leren kennen. Ik begrijp nu hoe de situatie in elkaar steekt en dat is een ongelooflijke ervaring. Je praat over de strategische toekomstvisie van het land en je kunt daaraan bijdragen. Je ervaart hoe politiek werkt en hoe geschiedenis ontstaat, terwijl je er middenin zit. Ook als bureau kun je je daardoor onderscheiden, en je hoopt natuurlijk je steentje bij kunt dragen aan een betere toekomst voor de mensen die daar wonen.’

Voor andere Nederlandse architecten die hun geluk willen beproeven in een ‘exotisch’ buitenland heeft Müller nog wat tips. De situatie goed inschatten en weten waar je aan begint is de allerbelangrijkste; communiceren met mensen uit dat land via universiteiten, ambassades en consulaten en deze vragen een schets te geven van de werkelijke situatie zodat je weet waar je over praat als je aan tafel zit met een opdrachtgever. Daarnaast moet je de juiste drijfveer hebben en de dingen accepteren zoals ze zijn. 15 uur in een onverwarmde auto over een hobbelweg reizen is een scenario dat niet ongebruikelijk is in het ‘exotische’ buitenland.