De jury beloont Arna Mačkić (1988) met de Jonge Maaskantprijs 2017 voor haar zoektocht naar ‘inclusieve architectuur’ en naar nieuwe vormen van publiek domein. Mačkić ontwerpt niet alleen, ze reflecteert ook in woord en geschrift. Ze is een verbindende stem, die de wonden van het verleden heelt, zonder de littekens weg te poetsen.
Het persbericht van Stichting Rotterdam Maaskant:
Arna Mačkić werd in 1988 geboren in Capljina in Bosnië-Herzegovina. Toen ze vijf jaar was, vluchtten haar ouders naar Nederland waar ze opgroeide in Zoetermeer. Al tijdens haar studie aan de Rietveld Academie werkte ze voor RAAAF (Rietveld Architecture-Art-Affordances), onlangs richtte ze samen met Lorien Beijaert het bureau Studio L A op.
Mačkić ontwerpt, onderzoekt, schrijft, doceert en initieert. Ze geeft lezingen en zwengelt debatten aan over de functie en kracht van de publieke ruimte. Haar denkkracht en haar onafhankelijke positie – zoals die onder andere blijken uit haar onderzoek Mortal Cities & Forgotten Monuments – zijn van grote waarde.
Ook begint zich een eigen handschrift af te tekenen als ontwerper in engere zin, een stijl die wordt gekenmerkt door robuuste materialen en vormen en een veelvuldig gebruik van driehoeken, wiggen en diagonalen. Ze refereert aan de symbolen van monumentaliteit en macht, van piramides tot ‘stealth’ bommenwerpers, maar door daar consequent de menselijke maat aan toe te voegen, ontneemt ze die hun dreigende en totalitaire karakter.
Mačkić heeft een groot en ernstig gevoel voor de Zeitgeist: ze zoekt de grote hedendaagse maatschappelijke thema’s op – de zoektocht naar (nationale) identiteit, tegenstellingen tussen bevolkingsgroepen, mechanismen van in- en uitsluiting, vluchtelingen – en reflecteert daarop in woord en ontwerp.
Als architect en ontwerper kiest ze nadrukkelijk voor een politieke en maatschappelijke rol. Ze zoekt naar een ‘inclusieve architectuur’ die een collectieve identiteit versterkt, zonder daarbij de verschillen en geschiedenis te verdoezelen. Ze heelt wonden en herstelt verwoestingen, maar brengt de littekens en schaduwzijden bewust aan het licht. Ze creëert nieuwe vormen van publiek domein, die ontmoetingen zoeken en stimuleren.
Maatschappelijke betrokkenheid is voor haar niet vrijblijvend. Ze zet haar persoonlijke geschiedenis bewust in, waardoor haar werk aan kracht en diepgang wint. Ze is een pionier die, zoekend en twijfelend en tegelijk met vastberaden ernst, nieuwe wegen verkent om uit de huidige maatschappelijke impasse te geraken. Voor haar geen villa’s of ivoren torens, maar levende monumenten en democratische ruimtes.
Ze steekt bewust en onverschrokken haar hoofd boven het maaiveld uit en claimt door haar uitgesproken ideeën en ontwerpen een belangrijke rol voor de architectuur: ze absorbeert en transformeert extreme tegenstellingen tot een gedeelde geschiedenis en een gevoel van gemeenschap, als basis voor onze toekomst. Wij kijken tintelend van verwachting uit naar de loop die haar verdere werk zal nemen.
Mačkić organiseert samen met De Balie de serie Inclusive Cities: een drieluik over de rol van architectuur in het creëren van inclusieve steden. Zij onderzoeken dit aan de hand van landen als Bosnië-Herzegovina en Syrië die verwoest zijn door oorlog en weer opnieuw moeten worden opgebouwd, maar ook West-Europese steden als Amsterdam, Stockholm en Parijs die door de verschuivende demografische samenstellingen hun identiteit opnieuw moeten bevragen en bouwen aan nieuw en gedeeld erfgoed. In de eerste aflevering, op 6 april, wordt stilgestaan bij de relatie tussen architectuur en conflict.
De Maaskantprijs voor Jonge Architecten, bestaande uit een geldbedrag van EUR 5.000 en een bijdrage aan een communicatieve uiting, is een aanmoedigingsprijs voor architecten onder de 36 jaar en wordt tweejaarlijks toegekend op voordracht van een onafhankelijke jury. De jury bestond dit keer uit Elma van Boxel (ZUS), Michiel van Iersel (Non-Fiction, Failed Architecture, Curator IABR 2016) en Tijs van den Boomen (journalist en stadonderzoeker).
Arna Mačkić is de 17e prijswinnaar en ontvangt de prijs op 10 november uit handen van Ahmed Aboutaleb, burgemeester van Rotterdam en vanuit die functie voorzitter van Stichting Rotterdam-Maaskant.