Het project is een sociaal-inclusief voorstel om verlaten fabrieksterreinen in achtergesteld gebied opnieuw baat te geven, door nieuwe configuraties van openbare ruimte te faciliteren.
kan je je onderwerpskeuze kort toelichten?
Ik ben afgestudeerd in de leerstoel heritage & architecture aan de TU Delft, in de studio disclosing the military city. Vanuit de gemeente Lissabon was er een vraag om nieuwe oplossingen en ideeen te genereren voor een groot industriegebied dat vroeger brood en pasta produceerde voor het Portugese leger. Ondertussen zijn de gebouwen in verval geraakt omdat het gebied al een halve eeuw niet meer werd gebruikt en zelfs afgesloten van de omliggende bebouwing. Het gebied heeft zich langzaam verder ontwikkeld al vanaf de 17e eeuw, waardoor er een interessante tijdslijn aan fabrieksgebouwen naast elkaar zijn ontstaan. Daarnaast lag het industriegebied midden in een van de armste wijken van Lissabon. Het ontwikkelen van een plan met nieuwe functies in industrieel erfgoed dat financieel haalbaar is, was een andere interessante uitdaging. Ten slotte werd het gebied niet meer gebruikt om producten te maken, maar ingericht voor mensen. Het onderzoeken welke ruimtelijke veranderingen nodig zijn om een gebied aantrekkelijk te maken voor buurtbewoners, was ook een belangrijk onderwerp voor mijn afstudeerproject.
wat of wie zijn je inspiratiebronnen en kan je dit kort toelichten?
Mijn belangrijkste inspiratiebronnen waren Gorden Cullen, Jan Gehl en Kevin Lynch. Alle drie schrijven zij over de relatie van de mens met de ruimtelijke of bebouwde omgeving, en hoe deze sterker kan zijn. Met name de boeken Genius Loci en the Concise Townscape hebben veel bijgedragen aan de ingrepen die ik voorgesteld heb voor de transformatie van het gebied.
benoem (en beschrijf kort) het sleutelmoment in je afstudeerproject:
Het sleutelmoment was toen ik realiseerde dat er met de juiste minimale ingrepen, grote verbeteringen aan het voormalige industriegebied gebracht konden worden. Dit gaf daardoor meteen een realistische oplossing om het ontwerp financieel en sociaal haalbaar te maken. Ook heb ik voor de materialisering een manier kunnen vinden hoe buurtbewoners kunnen participeren in de herontwikkeling van het gebied. Dit bevordert de integratie en de slagingskans van een achtergesteld gebied als deze.
Project tekst
De wijk Beato, aan de rand van Lissabon, is op dit moment een van de minst ontwikkelde wijken van de stad. Veel inwoners behoren tot de categorie kansarm op het gebied van onderwijs en werkgelegenheid. Ook heeft het gebied een hoog percentage leegstand en zijn er weinig tot geen ontmoetingsplekken. Een groot verlaten industriegebied in het hart van Beato biedt ruimte om dit soort problemen aan te pakken. Tegelijkertijd biedt zo’n gemankeerde plek de mogelijkheid om deze ruimte weer terug te geven aan de lokale bevolking en om cultuur-historische waarden in ere te herstellen die een verbindende factor kunnen zijn en kunnen leiden tot het herstel van een gesegregeerde samenleving.
De ambitie is om met weinig middelen van een industriële ruimte een inspirerende plek te maken. Industriële gebouwen zijn vaak te groot, te donker en te rationeel georganiseerd voor de mens. Om een gebied aangenaam te maken voor voetgangers is contrast en verrassing nodig om emotionele interesses op te wekken. De industriële site wordt ruimtelijk gemanipuleerd om voetgangersroutes zowel vloeiend als divers te maken. Vroegere binnenruimten van fabrieken worden gebruikt om intieme buitenruimten te creëren. Zo ontstaat er een netwerk van ruimtelijke reeksen van open en omsloten buitenruimten. Langs deze routes worden kenmerkende industriële gebouwelementen benadrukt waardoor interessante shortcuts ontstaan waar mensen zich meer bewust worden van de historische tijdlagen en waarden.
Het herontwikkelde gebied heeft als doel om de toestand van buurtbewoners te verbeteren. Het gaat om het creëren van de ontmoetingsruimte, het openen van kansen voor banen en het ontwikkelen van talenten voor zowel jong als oud. De industriële ruimtes worden omgebouwd tot educatief centrum met inspirerende binnen- en buitenruimten om te maken, leren, presenteren, samenwerken en ontmoeten. Het maken, het beheer en de ecologische werking van de site zijn ook onderdeel van de educatieve functies. Dit betrekt de lokale bevolking bij de nieuwe plek. Een van de functies is het zelf maken van de bouwsteen die de nieuwe toevoegingen duidelijk illustreert. Dit Compressed Earth Block is betaalbaar, eenvoudig en van lokale materialen te maken. Daarnaast voegt de terra cotta steen meer warmte toe aan de voorheen kille industriële ruimten.
Alle gebouwen op de site worden getransformeerd om kringen te kunnen sluiten en dichter bij de natuur te staan. Het gaat met name om het toevoegen van natuurlijk licht, het duurzaam verwarmen en koelen, het opvangen en reinigen van water en het gebruik van zonneenergie. De rode draad van al deze ingrepen is het verzoenen van de nieuwe gebruikerswaarden en aanpassingen in de bestaande historische omgeving. Op deze manier biedt de inclusieve transformatie van het postindustriële dorp perspectief op de toekomst, worden herinneringen gewaarborgd en worden littekens omarmd in plaats van weggepoetst.
naam
Floor Hoogenboezem
contactgegevens
mail
wanneer begonnen met afstuderen
september 2016
wanneer klaar met afstuderen
juni 2017
wat doe je nu
Ik werk bij het vlaams bureau B-architecten. Ik werk aan een aantal renovatie-woonbouw projecten.
wat hoop/wil je als ontwerper in de nabije en/of in de verre toekomst bereiken?
Ik wil graag architectuur maken die bijdraagt aan een omgeving die de kwaliteit van het leven verhoogt, met name in gebieden waar het echt nodig is en het liefst op verschillende plekken in de wereld. Ik ben gefascineerd door culturen, bouwtradities en leefstijlen en vind het belangrijk om bepaalde kernwaarden door te zetten in de gebouwen die ik ontwerp. Ik hoop gebouwen te kunnen realiseren die hier een steentje aan bijdragen.
Jury rapport
“[…] Uit het plan blijkt duidelijk het vormgevend talent van de ontwerpster. Op basis van een goede analyse van het erfgoed ontwerpt ze op trefzekere wijze ingrepen die de esthetische en de ruimtelijke kwaliteit van het complex vergroten en waaruit een goed gevoel voor materialisatie spreekt. […]”