Almere heeft weer eens een richtpunt in haar onverminderd jonge geschiedenis. In 2022 is de stad gastvrouw van het eerstvolgende Floriade-evenement. Volgens de huidige plannen ontstaat aan de zuidoever van het Weerwater een tijdelijke evenementlocatie die vervolgens moet beklijven als duurzame stadsuitbreiding. Het zijn ambitieuze plannen die passen bij zowel de groeistad Almere als de Floriade-traditie. Kortgeleden vond in Almere een bijeenkomst plaats die inzicht gaf in hoe de Almeerse Floriade-vlag erbij hangt.
Groen leeft
Met het toewijzen van de wereldtuinbouwtentoonstelling Floriade aan Almere, ten tijde van de voorafgaande editie in Venlo in 2012, ging die vlag in Almere direct in de top. Geduchte concurrentie uit Amsterdam en Groningen werd glansrijk verslagen met een bid dat duurzaamheid centraal stelde. Daarnaast bedacht Almere een slim plan om de komst van en publiek aandacht voor de Floriade te koppelen aan de nog immer onvermijdelijke uitbreiding van de stad. MVRDV maakte een masterplan, Winy Maas werd ook gestrikt als supervisor en een team van Amvest, Design Erick van Egeraat en Witteveen+Bos werd eind 2018 aangewezen als exclusieve samenwerkingspartner voor de realisatie van het Floriadeterrein en de Floriadewijk.
Investeringen ter voorbereiding van het evenement hebben zo dus een dubbel doel, wat weer goed is voor zowel begroting van het evenement als van de gebiedsontwikkeling. Daarnaast bood het evenement ook de mogelijkheid om een extra impuls te geven aan de zuidoever van het centrale meer van Almere. Een plek die tot voorkort vooral een wat zieltogende locatie met verstrooid programma was, variërend van het beroemde experimentele wijkje De Fantasie tot een busstation grenzend aan de Rijksweg A6 tot een (inmiddels verplaatste) campingplaats.
Inhoudelijk werd gekozen voor het leidende thema ‘Growing Green Cities’. Dat aanvankelijk werd onderverdeeld in de subcategorieën ‘voeding’, ‘energie’ en ‘gezondheid’. In een later stadium volgde nog de vierde categorie ‘vergroening’. ‘Parken, tuinen en openbaar groen maken steden aantrekkelijker om in te wonen’, zo is op de website van Floriade 2022 BV (1) te lezen.
Dat benadrukken van groen als belangrijke factor klinkt als een open deur, maar is cruciaal voor het grotere verhaal dat sinds het ontstaan van de stad in 1976 herhaald wordt; de groene, leefbare stad is feitelijk het belangrijkste mantra van deze stad. Juist die continuïteit maakt ‘vergroening’ tot een belangrijk element voor het slagen of falen van het zes maanden durende evenement in 2022. Wanneer de stad haar groene en landschappelijke erfenis en status met succes weet te verbinden aan die van een duurzame, groene stad van de toekomst is waarschijnlijk al een groot deel van het (publieke) pleit beslecht. Het krijgt daarmee immers de logica en overtuigingskracht van een continuering van de bestaande stad waar velen met plezier leven. Niet van iets ‘nieuws’ waarover twijfels en kritiek zou kunnen ontstaan. Met het benoemen van vergroening als Floriade-thema bevestigt Almere zo feitelijk zichzelf. In die gedachtelijn is de gefaseerde programmering van het gebied niet meer dan logisch. Na afloop van het Floriade evenement zal het gebied beklijven als voorbeeld van een Groene Stad van de Toekomst. Het is zo een verdere zet om zowel Floriade als bijbehorende ambities te laten adapteren in de bestaande stad.
Daarnaast speelt hier zeker ook het voorkomen van politiek gezichtsverlies een rol van betekenis. De Floriade in Almere loopt immers, net als talrijke andere grote, tijdelijke evenementen, het reële risico om als een te kostbaar, overbodig of (politiek) stokpaardje te worden weggezet. Net als elke andere stad heeft ook Almere heeft voorgeschiedenis van (voorgestelde en/of uitgevierde) evenementen of plannen, variërend van een multifunctioneel topsportcentrum in Almere Poort (gecanceld tijdens voorbereidingsfase), een trouwkasteel aan de A6 (voortijdig met bouw gestopt, nu ruïne) of het stadshart (gerealiseerd, maar voor sommigen discutabel).
Ten derde wordt de Floriade nadrukkelijk geframed als een van de later toegevoegde elementen aan het mantra van Almere. Daarmee sluit het evenement aan bij de Almere Principles die tien jaar geleden in 2008 werden gepresenteerd (zie bijvoorbeeld het Archined artikel De stad is een boom). Een ambitieuze leidraad voor een duurzame stadsontwikkeling die de gemeente en de bewoners sindsdien met wisselend succes in de praktijk trachten te brengen. Samen met de Structuurvisie 2.0 (Schaalsprong) uit 2009 symboliseren deze beide documenten de vitaliteit, maar vooral ook de herbevestiging van grondbeginselen van de meerkernige tuinstad die ten tijde van de Rijksdienst IJsselmeerpolders en het Projektburo Almere door mensen als Teun Koolhaas en Alle Hosper werden bedacht en ontworpen.
Het groen-blauwe raamwerk dat de stad sindsdien mede structureert was in de jaren voorafgaand aan 2008 wat sleets geworden of werd serieus bedreigd door ideeën over de stedelijke, ‘complete stad’-identiteit van de stad. Het eerdergenoemde stadshart van Almere, gebaseerd op het masterplan van OMA, kan als een blijvend symbool van dat toch tijdelijke dwaalspoor beschouwd worden. Maar met de Floriade als reddingsboei én focuspunt lijkt de stad haar groene identiteit dus te willen herijken. Althans dat is de intentie.
Bomen op de weg
Want er zijn wel wat zaken die het succes kunnen bedreigen. Om te beginnen brengt de combinatie van een evenementlocatie die moet uitgroeien tot een structurele stadsuitbreiding een zeker financieel risico met zich mee. Dat hebben eerdere edities van het evenement immers ronduit bewezen. Zo leed de laatste Floriade in 2012 in Venlo een verlies van negen miljoen euro en edities daarvoor eveneens: Haarlemmermeer in 2002, acht miljoen en Zoetermeer in 1992, vijf miljoen euro.
Een dergelijk langetermijnperspectief is dus onvermijdelijk om de benodigde investeringen voor het organiseren en aanleggen van het evenement nog enigszins te kunnen dekken. Groeistad Almere kan zich hier ter verdediging ook beroepen op haar ervaring. De stad is immers gebaseerd op de verwachting van en de geplande onvermijdelijkheid van groei en verdere uitbreiding. Het Floriade-gebied zou je in dit verband dan ook kunnen bagatelliseren als een zoveelste loot aan de meerkernige stad; één die parallel loopt aan en vergelijkbaar is met bestaande en in ontwikkeling zijnde gebieden zoals Almere Duin of Oosterwold.
Een andere serieuze bedreiging vormt de mate waarin het verhaal van de Floriade de achterliggende ‘groene’ intenties omarmt en begrepen wordt door de bevolking. De kritische ontvangst en afhoudende reactie op bestuurlijke stokpaardjes is ook in Almere de voorbije jaren regelmatig bevestigd door, eerder aangehaalde, gefnuikte prestigeprojecten. Daarbij staat de stad in een politiek rijtje van gemeenten waar bepaalde populistische partijen bovengemiddeld succesvol zijn. Groen en duurzaamheid staan bij die partijen niet (erg hoog) op de agenda. In dat klimaat is het voor bestuurders en gemeente spitsroeden lopen. De ontwikkeling van het Almeerse Floriade-project is daar tot nu toe geen uitzondering op geweest. De steeds oplopende kosten, het ‘voorspelde’ verlies ‘ruim zeven miljoen euro’ en de recent bijgestelde (en geaccepteerde) eisen van de ontwikkelaars om meer woningen in de vrije-sector huur in plaats van sociale koop te bouwen om de investeringen van 300 miljoen te billijken, deden het project in dat opzicht ook geen goed. Het zittende college en wethouders slaan in relatie tot het dossier Floriade zodoende opvallend vaak een verdedigende en geruststellende toon aan.
Agriman
De bijeenkomst Floriade Dialogues wekte tegen deze geschetste achtergrond en context dus zeker de nodige verwachtingen. Zowel in bevestigende zin dat een gesprek over de bestaande en toekomstige groene stad gevoerd kan worden en in meer kritische zin dat de bijeenkomst bepaalde scepsis ten aanzien van de plannen zou kunnen weg nemen. Maar de bijeenkomst bleek bij nader inzien niet bedoeld om de dialoog tussen bevolking, politiek en andere betrokkenen op te starten of te verbeteren. Het accent lag daarentegen op het verdiepen en verder uitwerken van mogelijke betekenissen van een groene, leefbare stad. Ook werd het mondiale Umfeld geschetst waartegen de opgaven die geagendeerd zijn voor de Floriade Expo 2022 hun relevantie en urgentie aantonen. Daarmee werd uitdrukkelijke invulling gegeven aan het optuigen en de beeldvorming van Almere als Groene Stad 2.0.
Er was een mooie line-up aan internationale sprekers waaronder: de Brits Indische publicist, onderzoeker en activist Raj Patel, bekend van zijn publicatie Stuffed and Starved: Markets, Power and the Hidden Battle for the World’s Food System, en de Amerikaanse journalist Charles C. Mann, die de kwalitatieve betekenis van Nederland (bijvoorbeeld door onze kennis uit de kassenbouw) op mondiaal niveau bij het vinden van noodzakelijke innovaties op landbouwgebied nog maar eens onderstreepte.
De absolute ster van de dag was echter Alpha Sennon uit Trinidad & Tobago, directeur van WHYFARM en bedenker van ‘Agriculture Superheroes’, die een zeer aanstekelijke presentatie hield over het stimuleren van bewustzijn onder jongeren over de wereldvoedselproblematiek. Hij bedacht daartoe twee denkbeeldige ‘superhelden’ die jongeren op hun verantwoordelijkheid aanspreken: AGRIman en PhotosyntheSista.
De pogingen om de mondiale problematiek te benadrukken en de lokale kleinzieligheid te vermijden zorgden ervoor dat de bijeenkomst vrij ondubbelzinnig duidelijk maakte dat er voor Almere in het kielzog van de Floriade echt een kans voor het grijpen ligt. De conditie van haar onvoltooide, jonge status; de historische en huidige kwaliteiten van het groen-blauwe raamwerk; de overdaad aan groene ruimte (landschap) in de nabijheid van stedelijke concentraties (Noordvleugel Randstad) maken allemaal dat Almere als locatie en boegbeeld uitermate geschikt is voor daadwerkelijke innovaties op het gebied van gezonde verstedelijking en binnenstedelijke lokale voedselproductie, en zo een prototype kan zijn voor de Groene Stad van de Toekomst.
Op deze constatering volgt onherroepelijk de vrees dat de inhoudelijke intenties en mondiale noodzakelijkheden die tijdens de ‘Dialogues’-bijeenkomst de boventoon voerden toch vermalen zullen worden in het lokale krachtenspel dat inherent is aan deze (en elke) Floriade. En dat het potentieel van een hernieuwde interpretatie en adaptatie van de groene stad daardoor onvoldoende herkend wordt.
Een van de vragen die de resterende jaren tot 2022 waarschijnlijk boven het evenement blijft hangen is welk onderdeel het belangrijkste accent zal krijgen: evenement, gebiedsontwikkeling, of duurzaam laboratorium. Uitspraken van de kortgeleden aangestelde directeur van de Floriade-organisatie Peter Verdaasdonk doen de inhoudelijke verwachtingen weinig goed: “In Parijs was er in eerste instantie ook veel verzet tegen Disneyland. En moet je nu eens kijken. Ik verwacht eenzelfde ontwikkeling rond Floriade Almere 2022. Die gaat ook zeker succesvol worden.”
De crux zal uiteindelijk liggen in de wijze en mate waarin de verhalen van de bestaande groene stad van Koolhaas en Hosper gekoppeld kunnen worden aan die van Patel en Sennon. En in het succes waarmee de nieuwe, groene perspectieven zich daadwerkelijk weten de verbinden met de stad en haar bewoners. Of, om in Floriade-beeldspraak te blijven, wortel weten te schieten.