Daniël Kleine Schaars ontwierp een stedenbouwkundig plan bestaande uit een sequentie van publieke ruimten. Op meerdere locaties zijn interventies op subtiele wijze in de omgeving geplaatst. Samen vormen ze een gebied van ontmoeting. Eén van de interventies is nader uitgewerkt in een architectonisch plan. Het project toont aan dat door architectuur en stedenbouw te verenigen, ontwerpopgaves in een groter stedelijk gebied sterker met elkaar verbonden kunnen worden.
Kan je je onderwerpskeuze kort toelichten?
Mijn onderwerpskeuze kwam sterk voort uit het lezen van 2 boeken. Namelijk, ‘The Concise Townscape’ (1961), geschreven door de Britse Architect en Stedenbouwkundige Gordon Cullen en het boek ‘The Death and Life of Great American Cities’ (1961). Beiden boeken zijn een zeer boeiende kritiek vanuit twee perspectieven op de rationele stedenbouw van de jaren 40 en 50. The Concise Townscape beschrijft zeer verbeeldend over de kwaliteiten van de middeleeuwse stad die in de rationele stedenbouw in de 20ste eeuw verloren is gegaan. Op deze manier toont Cullen aan wat er mis is met de hedendaagse stedenbouw en hoe het boek gebruikt kan worden om na te denken over hoe er met stedenbouw (in sterke relatie tot de architectuur) aangename ruimtes (wederom) gecreëerd kan worden. Jane Jacobs beschrijft in haar boek op een erg tastbare manier hoe de stad wordt gebruikt door de mensen die erin wonen en hoe complex het eigenlijk is om de stad goed te laten werken. Haar kritiek is voornamelijk gericht op de rationele Amerikaanse stedenbouwkunde Robert Moses. Haar kritiek was helder: Het is niet mogelijk voor een stedenbouwkundige om grote delen van de stad te ontwerpen vanaf de tekentafel. Om de stad begrijpen moet je deze bekijken vanaf de straat en er doorheen wandelen. Alleen dan begrijp je hoe de stad werkt.
Deze benadering vond ik zeer interessant en is een onderwerp waar ik mij erg bij aan kon sluiten. Ik ben erg vaak locatieonderzoek gaan doen in de wijk waar ik in wilde opereren. Dit begon allemaal door zonder een doel maar intuïtief keuzes te maken in de routes door mijn wijk. Een concept van de ‘flâneur’ wat in de 20ste eeuw ook werd toegepast in stedenbouwkundig- of architectonisch onderzoek.
Benoem het sleutelmoment in je afstudeerproject
Het sleutelmoment was de keuze om een route door de wijk te kiezen die intuïtief verleidelijk moest zijn om te volgen en tegelijkertijd een karakteristiek beeld zou geven over hoe de wijk ‘Het Oude Westen’ eruit kan zien. Van deze route mocht vanaf gedwaald worden maar moest dienen als een herkenningslijn door de wijk heen. Door mezelf te forceren om een route te ontwerpen verplichtte ik mezelf om vanuit de bewegende mens ontwerpen. Dit gaf mij de mogelijkheid om relaties tussen verschillende ruimtelijke en architectonische interventies op deze route te vinden en te leggen die ik anders niet had kunnen maken.
Project tekst
De gedachtegang zoals verwoord in het boek ‘The Concise Townscape’ van Gordon Cullen vormde de aanleiding voor dit afstudeertonderzoek. Hierbij wordt de stad geobserveerd vanuit de bewegende persoon en wordt het begrip ‘the art of the environment’ geïntroduceerd. Waar historische steden deze kunst bezitten is deze in de hedendaagse stedenbouw aantoonbaar verloren gegaan. De stedelijke dwaler probeert zich intuïtief bewust te worden van zijn positie en zich te verhouden tot zijn omgeving.
Terwijl we nadenken over hoe perspectieven zich achter de toeschouwer openen en sluiten wanneer hij door het stedelijk gebied beweegt, worden er verschillende relaties met de omgeving gevonden en gemaakt.
Het onderzoek bestudeert of de kunst van de omgeving van belang kan zijn bij het revitaliseren van een gedeelte van een stad. Als startpunt fungeren de volgende onderzoeksvragen: ‘Door het Oude Westen vanuit het perspectief van Cullen en Jacobs te bekijken, hoe kan het tussengebied worden gebruikt als een architectonisch middel dat zorgt voor een heropleving van de leefbaarheid van de wijk die fungeert als bemiddelaar tussen een autonome wijk naar de rest van de stad?’ En: ‘Hoe kan een observatie helpen bij het creëren van nieuwe interventies en het revitaliseren van openbare ruimten langs dit tussengebied die in overeenstemming zijn met de identiteit van het Oude Westen?’
De buurt werd onderzocht door middel van een serie aan observaties, wat resulteerde in meerdere conclusies. In reactie op deze conclusies is er een stedenbouwkundig plan gemaakt dat interventies toont die op meerdere locaties subtiel in de omgeving zijn geplaatst. Als basis voor deze interventies was er een ‘toolbox’ ontwikkeld die als leidraad werd gebruikt voor alle interventies.
Het architectonisch plan helpt om de ‘toolbox’ te testen. Door het contrast in gevels binnen het bouwblok wordt de periferie van de bouwblokken en haar geschiedenis gerespecteerd. Dit plan is van waarde omdat het in haar stedelijke omgeving op veel manieren laat zien hoe er moet worden omgegaan met de situering van de bouwblokken aan de publieke route.
Het nadenken over de kunst van de omgeving tijdens het ontwerpen leidt tot bewustwording van de kwaliteiten van een specifieke plek in relatie tot een groter geheel. Een melodie van de stad kan worden gevonden door de stad aandachtig te bestuderen door de ogen van de bewegende mens, met zijn eigen ritme en akkoorden. Deze melodie heeft diepte- en hoogtepunten, maar zou altijd begrepen moeten worden als één geheel.
Naam
Daniël Kleine Schaars
Contact
mail
Opleiding en studierichting
Technische Universiteit Eindhoven / Faculteit Bouwkunde
Begonnen met afstuderen
April 2017
Klaar met afstuderen
Februari 2018
Wat doe je nu?
Op dit moment ben ik werkzaam bij I’M Architecten in Deventer. Hier volg ik mijn BEP en hoop ik mijzelf eind 2019 officieel architect te kunnen noemen.
Wat hoop/wil je als ontwerper in de nabije en/of in de verre toekomst bereiken?
Ik ben nog steeds sterk van mening dat mijn afstudeervoorstel een manier van onderzoek en ontwerpen is wat ongelooflijk verhelderend kan zijn. Ik hoop daarom dat ik hier in de toekomst trouw aan zal blijven en dat ik de kracht van intensief onderzoek nooit zal onderschatten en altijd blijf uitoefenen.
Link naar afstudeerproject
Jury rapport
“[…] Het uitgangspunt voor het plan is de theorie van Gordon Cullen zoals die is neergelegd in het boek ‘The Concise Townscape’. Aan de hand daarvan voerde de ontwerper een uitgebreide en interessante analyse uit die gepresenteerd wordt in een schitterend boek. Het onderwerp van het plan dat betrekking heeft op de beleving van de stedelijke ruimten door de voetganger is relevant. […] De fraaie presentatie omvat onder meer een prachtig uitgevoerde houten maquette.”