Het vermogen van de stad is een optelsom van ontwikkelingen om de juiste vorm van energie bij de juiste gebruiker te brengen en daarmee de stedelijke uitstoot tot het minimum te beperken, stelt Wander Hendriks. Hij werkt dit als strategie en stedenbouwkundige opgaven.
Kan je je onderwerpkeuze kort toelichten?
Tijdens mijn studie aan de academie ben ik meer en meer geïnteresseerd geraakt in ketenontwerp en duurzaamheidsaspecten. Ik geloof dat ontwerpers alleen toekomstproof kunnen zijn als ze kennis hebben van deze hedendaagse duurzaamheidsopgaven. Nieuwe ruimtelijke vraagstukken dienen zich aan door klimaatverandering en dit vraagt om een vernieuwde integraal aanpak. Ik wilde nieuwe randvoorwaarden onderzoeken voor stedenbouwkundige planvorming en uitwerking door te beginnen bij de kern van de opgave: wat als we onze ruimtelijke keuzes laten leiden door het probleem?
Uiteindelijk heb ik misschien de relevantste opgave gekozen: het klimaatakkoord van Parijs. Omdat hier de kern van het probleem en de zoektocht naar een oplossing in is omschreven en ondertekend is door een overgroot deel van de wereldleiders. De zoektocht naar een locatie was lastig omdat deze mondiale opgave op elk geografisch afgebakend terrein van toepassing is. Vandaar dat ik Nijmegen heb gekozen, een locatie dicht bij huis met een relevante aanleiding (Green Capital).
Wat of wie zijn je inspiratiebronnen en kan je dit kort toelichten?
Ik ben altijd gecharmeerd geweest van de FUR (Future Urban Regions)-methodiek. Het inzetten van ontwerpend onderzoek om tot nieuwe opgaven en oplossingen te komen binnen duurzaamheidsvraagstukken. Daarnaast is het vakmanschap van stedenbouwkundig ontwerp ook zeer belangrijk, onderzoeken moeten leiden tot concrete ruimtelijke vertaling.
Benoem (en beschrijf kort) het sleutelmoment in je afstudeerproject.
Mijn afstuderen bestond uit try and error’, ik heb dus veel sleutelmomenten gehad. Het belangrijkste moment was toen stedenbouwkundig ontwerp mijn bevindingen uit het voorafgaande onderzoek bevestigden / mogelijk maakten. Ik heb continu moeten bijschaven aan ontwerp en onderzoek maar door vast te houden aan mijn gestelde hypothese heb ik altijd een leidraad gehad om mezelf en de opgave boven water te houden.
Projecttekst
Vanuit mijn raam zie ik nieuwe hoogbouw afgewisseld met laagbouw als een herkenbare ringvormige structuur door de stad. Niet rommelig en niet storend! Ik glimlach, na jaren beginnen de ontwikkelingen eindelijk vorm te krijgen en zijn ze zichtbaar in de contouren van de stad. Wat vijfentwintig jaar geleden begon als een urgente transitie-opgave heeft voor een verandering van structuur gezorgd in de hedendaagse stad. En mijn uitzicht?… die dank ik aan het wonen op de stedelijke geo-thermiebron!’
Om de doelen van het Akkoord van Parijs te kunnen halen zijn ook stedelijke interventies nodig. Welke dat zijn, wordt duidelijk uit het ontwerpend onderzoek Vermogen van de Stad. Daarin wordt een overgang naar de energie-neutrale stad geschetst en wat daar stedenbouwkundig voor nodig is. Het Vermogen van de Stad pleit voor een nieuwe inclusieve stedenbouwkundige aanpak om de vraag naar en het aanbod van CO2 neutrale energie bij elkaar te brengen. Dit gebeurt volgens de drie-stappen ontwikkeling. In de eerste plaats door grote gebruikers en bronnen aan elkaar verbinden. Vervolgens de stedelijke verdichtingsopgave te koppelen aan het netwerk. En tenslotte het behouden en upgraden van de bestaande woningvoorraad en de openbare ruimte.
In elke stap wordt een groep gebruikers gekoppeld aan potentiële energiebronnen. Daarmee wordt inzichtelijk of binnen de stedelijke grenzen de beschikbare soorten energie overeenkomen met de gevraagde.Uit de strategische doelen vloeien verschillende ruimtelijke opgaven voort die naar onderscheidend type kunnen worden opgepakt. Bestaande infrastructuur moet ruimte maken voor het stedelijk hoofdenergienetwerk. Een omschakeling die kansen biedt om ruimte te creëren voor vergroening en andere klimaatmaatregelen. Dit volgens een generieke aanpak van de stadsstructuur die berust op ontwerpprincipes die voor alle Nederlandse steden kunnen gelden. Het levert naast tal van ontwerp-ingrediënten ook inzicht in kansen voor andere gebieden. Waar veel potentiële energie is zal een andere type woningen beter op zijn plaats zijn dan het huidige type.
Dit idee uitgewerkt voor de buurten Lankforst en Malvert in Nijmegen. Daar is de opgave het combineren van genoemde drie stappen tot een ruimtelijk en stedelijk functionerend stadsdeel. Het resultaat is een wijk op een geothermiebron waar stedelijke verdichting met het behoud van een jaren ‘70-bloemkoolwijk een leefbaar geheel oplevert. De verdieping leidt tot een concreet ontwerp en technische opgaven die op verschillende stadsschalen kunnen worden uitgewerkt.
Naam
Wander Hendriks
wanderhendriks@wofur.nl
Opleiding
Rotterdamse Academie van Bouwkunst
Start afstuderen september 2016, afgestudeerd november 2018
Wat doe je nu?
Een jaar na mijn afstudeerproject ben ik parttime bij de gemeente Nijmegen gaan werken om mijn visie verder te brengen en deels in aanraking te komen met de werkelijke uitvoering van ontwerp en techniek. Via de gemeente kom ik veel in contact met de techneuten, energiebedrijven en waterschappen waar een nieuw integraal ontwerpproces is ontstaan: koppelen van techniek en ontwerp in schetsontwerp. Naast mijn werk bij de gemeente ben ik voor mezelf begonnen om mijn persoonlijke kennisontwikkeling verder te brengen in opgaven en onderzoek, Daarnaast ben ik begonnen aan de RAVB als gastdocent in ontwerpstudio’s.
Wat hoop/wil je als ontwerper in de nabije en/of in de verre toekomst bereiken?
Als ontwerper zet ik me in voor de leefkwaliteit van mens, flora en fauna. En vind ik het mijn (mede) verantwoordelijkheid dat steden en landschap toekomst bestendig zijn. Mijn doel is dit bewustzijn te creëren bij iedere partij die zijn beslag legt op de openbare ruimte en uiteindelijk plekken te maken waar iedereen een fijn thuis heeft.
Waar ik beland dat weet ik nog niet, maar ik wil in ieder geval de work-flow van ontwerp en onderzoek niet missen!
Uit het juryrapport:
Dit afstudeerplan snijdt een actueel thema aan. Het ontwerpend onderzoek beoogt de stedenbouwkundige implicaties in beeld te brengen van de overgang naar een energie-neutrale stad. Het ontwerp presenteert een jaren zeventig bloemkoolwijk die verdicht is en die energieneutraal is gemaakt door een geothermiebron onder de wijk te realiseren. Daarbij beoogt de ontwerper de leefbaarheid van de oorspronkelijke wijk te behouden. Het ruimtelijk ontwerp is vrij traditioneel en levert niet de vernieuwing op die de interessante opgave belooft.