Recensie

Tussen Romantiek en BeReal: YOUTH van Anne Imhof

Lindy Kuit bezocht de installatie YOUTH van Anne Imhof in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Verbeelding, poëzie en intuïtie als antidotum tegen rationaliteit en de lelijkheid van het heden. Werkt het?

YOUTH Anne Imhof / Stedelijk Museum Amsterdam / foto Peter Tijhuis

YOUTH Anne Imhof / Stedelijk Museum Amsterdam / foto Peter Tijhuis

In de hoogtijdagen van de eerste industriële revolutie kregen talloze mensen, geteisterd door het aanzien en geluid van de steeds meer toenemende hoeveelheid treinen, fabrieken en machines, en masse ‘zenuwinzinkingen’ die we nu burn-outs zouden noemen. Al die nieuwe ontwikkelingen waren gewoon te veel om te verwerken. Anne Imhof is getriggerd door deze fase in onze geschiedenis – lees ik in een semi-achteloos, met gele tape aan de muur bevestigde tekst binnen de tentoonstelling YOUTH in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Hierbij is ze met name geïntrigeerd in een antireactie op de industriële revolutie: de Romantiek. Om het rationalisme en de lelijkheid van de nieuwe tijd weg te moffelen, zocht men een uitweg in verbeelding, poëzie en intuïtie.

Imhof staat bekend als een ‘superster’ in de internationale kunstscene. Vorig jaar belandde ze op plek 5 in de prestigieuze Power 100 van Art Review na diverse en succesvolle solotentoonstellingen in MoMA PS1 in New York, Tate Modern in Londen en Palais de Tokyo in Parijs. Haar werk laat zich moeilijk in één bepaald genre vangen. In Sex (2019) combineerde ze schilderijen en constructies met (nachtelijke) performances, beeld en geluid en onderzocht ze tegenstellingen – man/vrouw, onder/boven, dag/nacht. Voor Natures Mortes (2021) kreeg ze een carte blanche in Palais de Tokyo en creëerde ze een doolhof van glazen panelen. Panelen die uit Turijn kwamen waar het ooit onderdeel waren van de façade van een nu gesloopt kantoorgebouw. Ook het glazen doolhof werd ‘geactiveerd’ met een troep performers.

YOUTH is Imhofs eerste solo in Nederland. Hiervoor creëerde ze een labyrint van kluisjes en andere objecten en combineerde ze beeldende kunst en choreografie met architectuur. Alhoewel, architectuur; in een interview met The New York Times geeft Imhof aan dat gebouwen weliswaar een rol spelen in haar werk, maar dat ze niet zozeer geïnteresseerd is in architectuur als wel in ruimte – en dan meer specifieke het ontsnappen aan die ruimte.
Voor YOUTH zou ze inspiratie hebben geput uit een rijke schat aan cultuurgeschiedenis; van Griekse mythologie en Romantiek tot nihilisme – de overtuiging dat er niets van absolute betekenis of zin bestaat in de wereld – en underground culturen van nu. Het dient om hedendaagse thema’s te onderzoeken zoals hyperindividualisme en eenzaamheid, verlangen en hebzucht, verzadiging en de angst om iets te missen. Maar slaagt Imhof hierin? Wordt het voldoende duidelijk welke hedendaagse thema’s YOUTH wil aansnijden?

YOUTH Anne Imhof / Stedelijk Museum Amsterdam / foto Peter Tijhuis

De tentoonstelling is te zien in de ‘kelder’ van het Stedelijk Museum Amsterdam. In 2017 werd deze plek nog voorzien van een ‘experimentele en gedurfde tentoonstellingsarchitectuur’ ontwikkeld door AMO/Rem Koolhaas in samenwerking met Federico Martelli, maar daar is nu niets meer van over. YOUTH begint – of eindigt, het is maar net hoe je het ziet – met twee lange gangen die elkaar kruisen en aan beide zijden zijn volgebouwd met lockers zoals je die in kleedkamers vaak ziet. Deze gang leidt naar twee kleine ruimtes waar korte films worden getoond. In een van de films speelt een androgyne vrouw de hoofdrol – Imhofs avatar die je op meerdere plekken in deze tentoonstelling tegenkomt. Slechts gekleed in een spijkerbroek met stevige laarzen eronder stapt ze langzaam maar vastberaden door een dik pak sneeuw. Op de achtergrond zijn fragmenten van de betonnen resten van een gebouw te zien, een beeld dat sterk doet denken aan de romantische ruïneporno van fotografenduo Yves Marchand en Romain Meffre. Af en toe kijkt de avatar je recht aan, alsof ze je uitdaagt om haar te volgen.
In de andere film galoppeert een groep paarden in slow motion over een flink besneeuwde vlakte. Hun kastanjebruine vachten steken sterk af tegen de volledig witte omgeving. Maar terwijl de klassieke muziek aanzwelt en je denkt dat ze meer en meer richting de oneindige vlaktes van de Russische toendra galopperen, zoomt het beeld uit en zie je de eerste contouren van een nogal Sovjet-achtige bebouwing opdoemen. Deze paarden zijn niet vrij – een voorbode van de rest van het labyrint wat nog moet komen.

Over Rusland gesproken: YOUTH zou in eerste instantie te zien zijn in het Garage Museum of Contemporary Art in Moskou en werd samengesteld door Katya Inozemtseva en Beatrix Ruf (voormalig directeur van het Stedelijk Museum in Amsterdam en momenteel bestuurder bij de Hartwig Art Foundation, een Nederlandse kunststichting). Maar na het uitbreken van de oorlog in Oekraïne werd de tentoonstelling direct opgeschort. Het Stedelijk en de Hartwig Art Foundation sloegen de handen ineen en vonden een nieuwe locatie in het Stedelijk. Het gegeven roept vragen op over hoe YOUTH inhoudelijk is aangepast na de verhuizing, en hoe het zich verhoudt tot de oorlog. Vragen die in de tentoonstelling slechts oppervlakkig worden beantwoord. De introductietekst meldt alleen dat ‘de ongerealiseerde tentoonstelling het startpunt is voor deze presentatie in het Stedelijk.’

Instagram post Stedelijk Museum Amsterdam

Instagram post Stedelijk Museum Amsterdam

Voorbij de lockers stap je in een labyrintische onderwereld. Het is er onaangenaam donker en de geur van rubber is bijna misselijkmakend. Stapels autobanden, watertanks, semi-doorzichtige glazen wanden en metalen balken duwen je door een gangenstelsel dat nog het meeste weg heeft van het voorportaal van een obscure nachtclub. Opvallende (stereotype) viriele objecten en details flankeren het pad: motorhelmen, graffiti en zelfs een complete motorfiets. Een uitkijkpunt met tralies geeft een overzicht over de 1100 vierkante meter grote kelder, maar ook jezelf erboven verheffen biedt geen verlichting. De muzikale ondersteuning varieert van onheilspellend klassiek tot pompende hiphop. Het achtervolgt je, bijna letterlijk, want de boxen bewegen zich langs een rails aan het plafond.

Ondanks Imhofs focus op nihilisme zijn veel objecten in de tentoonstelling beladen met uiteenlopende metaforische verwijzingen en symbolische betekenissen. Lange lappen tekst – ironisch genoeg moeilijk te lezen in het donker – vermelden dat de lockers verwijzen naar body dysmorphia, de watertanks naar rituele wassingen en de glazen wanden naar ondoorzichtige sociale structuren en (on)toegankelijkheid. Maar die lagen raakt YOUTH niet. De tentoonstelling blijft hangen in een oppervlakkige en verstikkende nachtclubsfeer waarin je te veel op je bordje krijgt en het labyrint weinig ruimte biedt om dit allemaal te verwerken. En die romantische uitweg? Die geeft Imhof je niet. Opvallend is ook dat, waar performance normaal gesproken een belangrijk onderdeel vormt van Imhofs werk, dit nu ontbreekt. Zou de bezoeker zélf de performer zijn? De (opvallend!) jonge bezoekers van YOUTH speelden tijdens mijn bezoek deze rol, al Instagrammend en BeRealend, in elk geval met verve. Meermaals blokkeren ze de toch al smalle en benauwende wandelpaden om er selfies te maken – je zou er bijna een zenuwinzinking van krijgen.

Enkele gerelateerde artikelen