Recensie

“Vergeet Netflix, HBO, Disney”, kijk Collectief Eigendom

Nieuwe, meer gemeenschappelijke eigendomsstructuren in de praktijk brengen is een trend op allerlei maatschappelijke vlakken, van energievoorzieningen tot landbouwgrond. Het fenomeen op zich is niet nieuw, maar de laatste jaren schieten de experimenten als paddenstoelen uit de grond, met name waar het gaat om collectieve eigendomsvormen van gezamenlijk beheerde woningen. Het is een bloeiende, kleurrijke wereld waar al veel over gezegd en geschreven is, maar met de lancering van Collectief Eigendom is nog niet eerder er zo’n allesomvattende en diepgravende documentatie in tekst en beeld verschenen waarin zo ongeveer alle sleutelfiguren, nieuwe termen en juridische constructies bij elkaar zijn gebracht.

printscreen pagina Eigendom / webdocumentaire Collectief Eigendom

printscreen pagina Eigendom / webdocumentaire Collectief Eigendom

Collectief Eigendom is een ‘webdocumentaire’ van Amsterdam Alternative, een platform dat voortgekomen is uit de Amsterdamse subcultuur en sinds 2015 vrijplaatsen verbindt, evenementen organiseert en een gratis krant maakt en distribueert. Daarnaast heeft Amsterdam Alternative zelf ook de ambitie om op termijn vastgoed te verwerven en in collectieve structuren te beheren onder de noemer Vrij Beton. Ontwerper en drijvende kracht achter Collectief Eigendom, Ivo Schmetz, constateert dat dit makkelijker gezegd is dan gedaan en dat het bij mensen vaak ontbreekt aan kennis of inspirerende voorbeelden. Met deze volledig tweetalige webdocumentaire, die bedoeld is als “inspiratiedocument, onderzoek, handleiding en archief”, lijkt dit probleem alvast grondig aangepakt.

Schmetz en de zijnen spraken tientallen initiatiefnemers, experts en denkers in het hele land over hun pogingen vormen van collectief eigendom tot stand te brengen en waarvan de interviews integraal in de webdocumentaire zijn ondergebracht. Het resulteerde in een platform met een overweldigende en nog altijd toenemende hoeveelheid materiaal waar echt de tijd voor genomen moet worden om alles te kunnen bekijken. Toch is de vorm, een online platform waarop de vele diepgravende interviews in z’n geheel te bekijken zijn, goed gekozen aangezien alleen op deze manier de specifieke financiële, juridische en organisatorische werking van alle initiatieven echt inzichtelijk kan worden gemaakt. Als al het materiaal gecomprimeerd zou worden tot een klassieke, lineaire documentaire van een uur zou juist de diepgang die Collectief Eigendom zo bijzonder maakt verloren gaan. Gelukkig is er voor een avondje ‘bingen’ of voor een lineaire publieksvertoning ook een handige ‘screening tool’ gemaakt, waarmee zelf een playlist van fragmenten kan worden samengesteld.

printscreen menu / webdocumentaire Collectief Eigendom

printscreen menu / webdocumentaire Collectief Eigendom

Naast alle opgenomen interviews bevat Collectief Eigendom ook een aantal specifiek voor dit project geschreven artikelen die dienen als theoretische basis en als een bredere kritiek op de dominante interpretatie van het concept ‘eigendom’. In een openingsessay bespreekt Schmetz het werk van de Franse anarchist Pierre-Joseph Proudhon, bekend van zijn uitspraak ‘eigendom is diefstal’. Proudon stelde 180 jaar geleden al dat elke vorm van materieel of intellectueel kapitaal uiteindelijk het resultaat is van een collectieve inspanning en dat het construct ‘privaat eigendom’ individuen in staat stelt de vruchten hiervan te privatiseren. Het eigendomsrecht en de samenhangende mogelijkheid tot kapitaalaccumulatie zag Proudhon daarom als ’het begin van alle kwaad op aarde’. Alleen al een snelle blik op de oorzaken van de huidige wooncrisis laat zien dat dit soort theorieën nog steeds relevant zijn. Schmetz concludeert voorzichtig dat “we ons serieus moeten afvragen of de eigendomsstructuren die we bedacht hebben wel kloppen, en of ze eerlijk en of ze toekomstbestendig zijn”.

Een begeleidend filmpje met fragmenten afkomstig uit de langere interviews laat mooi zien hoe weerstand tegen eigendom voorbij de theorie ook sterk emotioneel gevoeld wordt. “Ik snap het idee van bezit niet. Ik vind het niet fijn om iets te bezitten, want dat betekent ook dat ik er zeggenschap over heb en het kan kwijtraken. Ik deel dat veel liever,” aldus een toekomstige bewoner van de toen nog in aanbouw zijnde wooncoöperatie De Nieuwe Meent in Amsterdam. Een initiatiefnemer van de Vrijkoop van Bajesdorp, ook in Amsterdam, benoemt het nog stelliger: “Het idee dat je winst moet maken met je huis vind ik best wel treurig. In de toekomst zullen we steeds meer onderscheid zien tussen mensen die bezitten en hen die niet bezitten, en worden heel veel dingen in het leven daardoor bepaald. Ik wil daar persoonlijk rigoureus afstand van nemen.”

printscreen pagina Woningbouwvereniging Gelderland / webdocumentaire Collectief Eigendom

printscreen pagina Woningbouwvereniging Gelderland / webdocumentaire Collectief Eigendom

De protagonisten van de webdocumentaire lijken allen hun hart te volgen naar meer collectieve manieren van samen leven en samen het leven vormgeven, en zijn veelal tot de conclusie gekomen dat daar andere, collectieve eigendomsvormen voor nodig zijn. Uit de uiteenlopende verhalen blijkt dat dit in de praktijk op heel veel verschillende manieren georganiseerd kan worden en vorm kan krijgen, afhankelijk van het beoogde doel en de betreffende maatschappelijke sector. In een poging tot een algemene definitie te komen wordt in een openingstekst van de webdocumentaire collectief eigendom omgeschreven als “een constructie (zonder winstoogmerk) waarmee je eigendom zo regelt dat het niet meer mogelijk is om het individueel te gelde te maken. Dat betekent dat je het eigendom neutraliseert en loskoppelt van speculatieve motieven. Collectief eigendom gaat dus eigenlijk niet meer om bezitten, maar gebruiken. Gezamenlijk gebruik van iets, zonder de prikkel om datgene te zien als een object met een bepaalde verhandelbare financiële waarde.”

Meermaals wordt benoemd dat deze in de webdocumentaire genoemde financiële, juridische en organisatorische constructies niet bedoeld zijn als tijdelijke projecten maar gericht zijn op de lange termijn, en dat ze niet van bovenaf moeten worden opgelegd maar van onderop moeten ontstaan. Dit laatste is in de lijn met de anarchistische inspiratie van het project, al kunnen daar, zeker met het oog op de huidige wooncrisis, vraagtekens bij geplaatst worden. Hoewel in de webdocumentaire een duidelijke analyse gemaakt wordt over de manier waarop het bestaande systeem wat betreft eigendomsstructuren en eigendomsrecht tot grote problemen leidt, zijn de experimenten in collectief eigendom zonder uitzondering complementair aan het bestaande systeem en richten ze zich minder op de verandering van dat systeem zelf. Het roept de vraag op of dit wel de meest effectieve manier is om die problemen te bestrijden. Zou de strijd tegen een uitgeknepen woningmarkt en voor een algemene, breed toegankelijke volkshuisvesting niet moeten prefereren boven het toevoegen van woningen in gezamenlijk beheer? Daarnaast zou er iets voor te zeggen zijn om juist meer ondersteuning voor collectieve eigendomsvormen ‘van bovenaf’ af te dwingen, zodat niet elke groep het wiel opnieuw hoeft uit te vinden, zoals nu de in praktijk vaak het geval is.

printscreen pagina Politiek Beleid en Financiering / webdocumentaire Collectief Eigendom

printscreen pagina Politiek Beleid en Financiering / webdocumentaire Collectief Eigendom

Tegelijkertijd laten de stuk voor stuk prachtige initiatieven die zijn samengebracht in Collectief Eigendom zien wat de overtuigende kracht is van het tegen de stroom in bouwen van een eigen wereld en kan ook beargumenteerd worden dat dergelijke voorbeeldstellende projecten alleen al nodig zijn om de benodigde systeemverandering te kunnen inbeelden. Als een voorproefje op wat er allemaal mogelijk is neemt de webdocumentaire de kijker mee op reis van bestaande vrijplaatsen in grote steden, zoals het gelegaliseerde kraakpand OT301 in Amsterdam-West, tot ecologische en coöperatieve woonprojecten op het platteland, zoals het gloednieuwe Ecodorp Boekel. Naast specifieke plekken komen er ook bredere methodieken aan bod, zoals het kraken zoals dat vandaag de dag in de praktijk wordt gebracht, manieren om collectief landbouwgrond aan te kopen, en specifieke theorieën en bredere thema’s, van ‘degrowth’ tot ‘collectief eigendom in de muziek’.

Het onderwerp collectief eigendom wordt heel breed benaderd en de selectie aan initiatieven is daarmee niet uitputtend, wat gezien de recente groei ervan ook helemaal niet mogelijk is. Collectief Eigendom laat het topje van de ijsberg zien en geeft een prachtig inzicht in de utopische denk- en verbeeldingskracht van een nieuwe, collectief-geörienteerde voorhoede. De breedte van het project laat aan de ene kant zien hoeveel er mogelijk is, maar tegelijkertijd verliest het geheel daarmee ook aan scherpte. De op zichzelf stuk voor stuk interessante artikelen over burgerberaden, occupy, antikraak, rechten voor de natuur en vergelijkbare aanpalende ideeën, fenomenen en geschiedenissen zijn waardevol, maar leiden in de huidige brede opzet enigszins af van de kern. Zo ontstaat er geen helder overzicht van welke constructies voor collectief eigendom er momenteel mogelijk zijn in Nederland, welke een succes zijn of juist niet, en waar ruimte ligt voor verdere vernieuwing. Misschien zou een praktische handleiding ter zijner tijd een waardevolle toevoeging zijn naast alle beschouwingen.

printscreen pagina Ecodorp Boekel / webdocumentaire Collectief Eigendom

printscreen pagina Ecodorp Boekel / webdocumentaire Collectief Eigendom

Daarnaast ademt de webdocumentaire duidelijk de klassieke vrijplaatscultuur zoals die vanuit de kraakbeweging is ontstaan. Zo zijn ‘vrijplaatsen’ de eerste categorie betrokken initiatieven en wordt afgesloten met actievormen die hier dicht op zitten; samenhangende bewegingen en projecten zoals de jaarlijkse vrijplaatsenparade ADEV en Amsterdam Alternative komen uitgebreid aan bod. Hoewel de kraakbeweging en de vrijplaatsen absoluut een belangrijke rol gespeeld hebben in het experimenteren met collectief eigendom en daar alle credits voor verdienen, voelt in de huidige opzet van de webdocumentaire de manier waarop vrijplaatsen zijn ontstaan en functioneren als het dominante raamwerk waar heel andere pogingen tot collectief eigendom in onder worden gebracht terwijl er veel initiatieven zijn met een heel andere ontstaansgeschiedenis en eigen cultuur, met name waar het gaat om de initiatieven om meer collectief grip te krijgen op het gebruik van (landbouw)grond.

Ook valt al snel op hoe overwegend wit de initiatieven zijn en rijst de vraag waarom de bloeiende en in toenemende mate gepolitiseerde queerscene volledig onzichtbaar is. Zijn mensen van kleur of queer mensen niet aan het woord gelaten, of uiten hun vormen van collectiviteit zich op andere manieren dan in het verwerven van eigendom? Is het verwerven van (collectief) eigendom al niet een uitsluitend proces op zich? Terecht wordt in de webdocumentaire al opgemerkt dat het realiseren van collectief eigendom zorgt voor “frustratie en vertraging” en het onherroepelijk “veel vergaderen, overleg, discussie, onenigheid en leren luisteren naar elkaar” betekent. Zoals al vaker door anderen is opgemerkt heeft niet iedereen evenveel tijd om te vergaderen of evenveel capaciteit om in het leven nog meer onenigheid te verstouwen.

printscreen pagina Landbouw Natuur / webdocumentaire Collectief Eigendom

printscreen pagina Landbouw Natuur / webdocumentaire Collectief Eigendom

Het krachtige aan het open en niet afgeronde karakter van Collectief Eigendom is dat dergelijke problematieken nog geadresseerd kunnen worden en lacunes opgevuld kunnen worden. Een diverse, horizontale redactieraad kan misschien een goede vervolgstap zijn om het project verder uit te bouwen en, altijd een uitdaging met dergelijke websites, op de lange termijn bij te houden. Hoe dan ook is het ook nu al een prachtig en indrukwekkend overzicht en werkt het bijzonder inspirerend om te beseffen dat er zo veel geëxperimenteerd wordt en dat al deze mensen hier dag in dag uit mee bezig zijn. Het zou dan ook niet meer dan logisch zijn als, in een tijd waarin er bij business-as-usual stedelijke en landelijke transformaties steeds meer vraagtekens geplaatst worden, dit soort kennis ook centraal komt te staan in (landschaps-)architectuuropleidingen, waar het eigenlijk verplichte kost zou moeten zijn. Tot slot roept het de vraag op hoe al deze initiatieven de komende jaren verder gebundeld kunnen worden tot een beweging of een ander soort middelpuntvliedende kracht die groter is dan de som der delen en ook op nationaal of internationaal niveau het verschil kan maken. Maar om te beginnen zou iedereen, zoals Collectief Eigendom zelf al voorstelt, alle bestaande streamingplatforms eens aan de kant moeten zetten om een aantal avonden goed te gaan zitten voor de vele uren kijkplezier van deze webdocumentaire.

printscreen pagina Conclusie / webdocumentaire Collectief Eigendom

printscreen pagina Conclusie / webdocumentaire Collectief Eigendom

Enkele gerelateerde artikelen